Vastgesteld, 17 juli 2019

Toelichting

1. Inleiding

Dit document is de Toelichting op het Ruimtelijk Ontwikkelingsplan (ROP) van Aruba als bedoeld in artikel 5 van de Landsverordening Ruimtelijke Ontwikkeling.

Deze Toelichting bevat het beleid en het overzicht van de onderzoeken op basis waarvan het ROP is opgesteld. Tevens wordt in deze Toelichting via een verslag aangegeven om welke redenen het gewenst is een nieuw ROP te maken, welk proces het ROP doorlopen heeft en tot welke reacties en de beantwoording hiervan dit heeft geleid. Hierbij wordt apart aandacht besteed aan het advies van de Raad voor de Ruimtelijke Ontwikkeling. Op basis van artikel 6 van genoemde verordening dient deze Raad voor de vaststelling van het ROP advies uit te brengen aan de minister.

 

 

 

2. Beschrijving van het plangebied

2.1 Ligging

Aruba is één van de benedenwindse eilanden in de Caribische Zee. Het ligt ca 25 kilometer ten noorden van de Venezolaanse kust. Het land Aruba vormt samen met Curaçao, Sint Maarten en Nederland het Koninkrijk der Nederlanden. Aruba heeft een oppervlakte van ca. 180 km2. De maximale lengte meet ca. 30 kilometer, de maximale breedte ca. 8 kilometer.

2.2 Geologische en landschappelijke opbouw

Aruba is geologisch gezien globaal opgebouwd uit drie belangrijke eenheden: de Aruba Lava Formatie, de Tonaliet Batholiet Formatie en het Kalksteengebied. Deze opbouw is zichtbaar in het landschap.

  • De Aruba Lava Formatie is herkenbaar in het heuvelgebied met Jamanota en Arikok als hoogste heuvels. Dit gebied ligt nagenoeg geheel in het Parke Nacional Arikok.
  • De Tonaliet Batholiet Formatie vormt het centrale deel van Aruba. Kenmerkende elementen in dit gebied zijn de heuvels, waaronder de Hooiberg, en de rotsformaties.
  • Het Kalksteengebied is herkenbaar in het kalksteenplateau, dat voornamelijk aan de zuidoostzijde van het eiland aanwezig is.

2.3 Waterstructuur

Onderdeel van het landschap is de waterstructuur, bestaande uit rooien en saliñas, die zorgen voor de waterafvoer vanuit land naar zee. Deze rooien zijn ook van belang als ecologische verbindingsstructuur. Langs de rooien zijn tanki’s en dammen aangelegd, om het water langer op het eiland vast te houden en te kunnen gebruiken voor bijvoorbeeld landbouw. Er is echter ook gebouwd in rooien en langs saliñas, wat bij hevige regenval leidt tot knelpunten in de waterafvoer en tot wateroverlast.

2.4 Huidige inrichting

Aruba is langgerekt en ligt op een noordwest-zuidoostas. Door deze oriëntatie en de heersende noordoostelijke windrichting is sprake van een ruwe noordoostkust (Salt Spray Park). De zuid- en westkust zijn luwer door de ligging aan de luwe windzijde en door de aanwezigheid van rifeilanden voor de zuidkust.

De bebouwing van het eiland concentreert zich langs de luwe kusten. Daarbij is een onderscheid te zien tussen het gebied ten noorden en het gebied ten zuiden van het Spaans Lagoen. De grootste verstedelijking bevindt zich in het noordwestelijk gebied. Hier ligt de bebouwing van Oranjestad, de hotelzone aan de westkust, en woonkernen als Noord, Tanki Flip, Tanki Leendert, Paradera, Piedra Plat en Santa Cruz. Deze kernen zijn nagenoeg geheel of deels aan elkaar gegroeid. Het gebied heeft zich door de economische activiteiten ontwikkeld tot één stedelijke zone die zich uitstrekt tot nabij het Salt Spray Park. In het zuiden liggen de kernen Pos Chikito, Savaneta en de 2e stad, San Nicolas. Deze kernen concentreren zich aan de zuidkust. Tussen Oranjestad en San Nicolas, aan de zuidkust, liggen ook de belangrijkste havens (Barcadera), de luchthaven en de bedrijventerreinen (waaronder de raffinaderij bij San Nicolas).

Tussen de bebouwde gebieden in het zuidwesten en de natuurgebieden in het noordoosten ligt het landelijk gebied als een buffer. In dit gebied is het kenmerkende cunucu-landschap op een aantal plekken nog herkenbaar.

2.5 De districten van Aruba

Aruba had vanouds 5 districten: Noord, Oranjestad, Santa Cruz, Savaneta en San Nicolas. Sinds de jaren ’90 van de vorige eeuw kent Aruba 8 districten. Nieuw erbij gekomen is Paradera, dat voorheen bij district Noord hoorde. De twee andere ‘nieuwe’ districten zijn het gevolg van de opsplitsing van de twee grootste districten Oranjestad en San Nicolas in respectievelijk Oranjestad West en Oranjestad Oost en in San Nicolas Noord en San Nicolas Zuid.

Naast de kadastrale indeling in districten kent Aruba ook een indeling in (Rooms-Katholieke) parochies, waardoor er soms verwarring ontstaat of een gebied een eigen district vormt of anders ‘slechts’ een parochie. In dit hoofdstuk worden de districten nader beschreven.

Noord

Noord is het zwaartepunt van de toeristensector voor wat betreft hotel- en restaurantwezen en de stranden van Palm Beach. Maar Noord is van oudsher bekend als het plattelandsgebied met de meeste mensen van indiaanse afkomst, en als de plaats waar de eerste (Rooms-Katholieke) kerk werd gebouwd door de lokale indiaanse bevolking. Op de plek van deze allereerste kerk staat de huidige Alto Vista kapel. Verder is Noord ook bekend vanwege de Sint Anna kerk met haar houtgesneden altaar, de vuurtoren van Westpunt en de nog vele met opgestapelde stenen (transhi) of anders met zuilcactussen (trankera) omheinde landbouwpercelen die al dan niet nog in gebruik zijn voor landbouw en/of veeteelt. Een deel van de bevolking is altijd in de visserij werkzaam geweest. Dit komt in het nieuwe MFA-gebouw in de architectuur binnenin tot uiting; het gebouw is in de vorm van een boeg vormgegeven. Sinds kort kent district Noord naast parochie Noord, waar vroeger heel district Noord onder viel, ook parochie Tanki Leendert, dit vanwege de sterk toegenomen bevolkingsgroei.

Oranjestad

De hoofdstad van Aruba en dus de plaats met de meeste diensten en voorzieningen. Van oudsher centrum van commerciële activiteiten en de plaats waar iedereen inkopen ging doen. Ontstaan aan de Paardenbaai, de tweede baai die toegankelijk was voor schepen (en dus handel), naast de Commandeursbaai, waar de eerste nederzetting van de Nederlanders op Aruba ontstond, de kern Savaneta. Vanwege de groter geworden betekenis van de Paardenbaai voor de handel is het bestuurscentrum met de verhuizing van de commandeur daarheen verplaatst; later is de nederzetting tot Oranjestad omgedoopt. Oranjestad heeft alle kenmerken van een stad, zowel infrastructureel als qua voorzieningsniveau en kent een relatief grote bevolkingsdichtheid.

Bij de opsplitsing van district Oranjestad in Oranjestad West en Oranjestad Oost zijn de oude stadskern met de havenpromenade en de noordelijke en oostelijke buitenwijken in district Oranjestad Oost komen te liggen en de oudste buitenwijk van Oranjestad, de historische visserswijk Rancho (ooit gelegen aan een na de Tweede Wereldoorlog gedempte binnenbaai), alsmede de westelijk gelegen buitenwijken, de tegenwoordig cruiseschiphaven en de Eagle Beach met het low-rise hotelgebied in district Oranjestad West.

Paradera

Paradera was heel lang deel van district Noord, wat een verklaring is voor het feit dat er relatief veel mensen uit Paradera (vooral de oudere generaties) met mensen uit Noord zijn gehuwd. Eind 1948 kreeg Paradera een eigen (RK-)kerk en werd een aparte parochie. Uit deze parochie is in de jaren ’90 van de 20e eeuw district Paradera ontstaan, waarbij delen van district Noord werden overgeheveld. Ook delen van Santa Cruz werden overgeheveld, bijv. Piedra Plat, een oude Protestantse platte-landsenclave met de enige in de buitendistricten gebouwde Protestantse kerk en begraafplaats. Paradera, dat samen met Santa Cruz het geografische centrum van Aruba vormt, wordt gekenmerkt door de vele diorieten rotspartijen, waarvan die van Ayo en Casibari het bekendst zijn, en het ruwe noordkustgebied.

Santa Cruz

District rondom het dorp Santa Cruz in het centrum van het eiland. Santa Cruz was vroeger een echt plattelandsdorp met veel landbouw en veeteelt, wat men tot op de dag van vandaag kan zien in de verder afgelegen delen van dit district. Hier zijn nog veel landbouwpercelen waarvan meerdere nog in gebruik zijn. Bekendste ‘landmark’ van Santa Cruz is de Hooiberg, die vanaf bijna overal op Aruba zichtbaar is en tegenwoordig populair is als fitness oefening, te zien aan de vele mensen die de heuvel dagelijks beklimmen. Tevens ligt het grootste deel van het Parke Nacional Arikok, waaronder de hoofdingang, in Santa Cruz. Vóór de komst van de Europeanen waren in wat nu Santa Cruz heet al Indiaanse nederzettingen, die nu tot de archeologische vindplaatsen van Aruba horen. Bij de huidige generaties staat Santa Cruz vooral bekend als het plattelandsdorp waar de politicus Betico Croes vandaan kwam. Van oudsher is Santa Cruz ook een plattelandscentrum met een eigen Katholieke kerk en Katholieke scholen.

Savaneta

Savaneta is als nederzetting ontstaan aan de Commandeursbaai. De eerste Nederlandse nederzetting van Aruba en hoofdstad van Aruba tot aan het begin van de 19e eeuw. Het bestuur is naar Oranjestad verplaatst, maar nog altijd is de (Nederlandse) Marinierskazerne aan de Commandeursbaai gevestigd. De bevolking van Savaneta is voor een groot deel van Nederlandse komaf en familienamen die hier voorkomen kom je ook tegen bij de traditionele elite van Oranjestad, wat een link vormt met het verleden toen een deel van de bevolking van Savaneta met het bestuur naar Oranjestad mee verhuisde. Savaneta staat ook bekend als een vissersdorp en kent evenals Noord nog vele vissers. In Savaneta zijn er ook meerdere kleine stranden temidden van de vele mangrovebossen. Het achterland van Savaneta is dun bevolkt en nog vrij authentiek van karakter. Een groot deel maakt onderdeel uit van het Parke Nacional Arikok.

San Nicolas

San Nicolas was een oud vissersdorp wat helemaal veranderde met de komst van de raffinaderij in de eerste helft van de 20e eeuw. In slechts een aantal jaren veranderde het karakter van deze plaats radicaal, van een klein vissersdorpje naar een boomtown die qua aantal inwoners Oranjestad zelfs evenaarde. Deze enorme bevolkingsexplosie was het gevolg van massale arbeidsmigratie uit vooral het Caribisch Gebied, met een enorme variëteit aan bevolkingsgroepen en kerken van verschillende denominaties tot gevolg. En het Engels als moedertaal voor nog altijd een groot deel van de bevolking. Als tweede stad van Aruba is San Nicolas van de meeste overheidsdiensten voorzien. Alhoewel er economisch een achteruitgang heeft plaatsgehad na de sluiting van de olieraffinaderij, is San Nicolas nog altijd duidelijk de enige andere stad van Aruba naast Oranjestad, zeker infrastructureel gezien. San Nicolas heeft ook meerdere stranden, zoals die van Baby Beach, Rodger’s Beach en Grape Field. De eerste twee bevinden zich in het voormalige (en nu grotendeels verlaten en onbewoonde) Lago Colony, ooit de grootste civiele Amerikaanse nederzetting buiten Amerikaans grondgebied.

Door de opsplitsing van district San Nicolas in San Nicolas Noord en San Nicolas Zuid vallen nu het grote industrieterrein en de dichtbevolkte, ernaastliggende, stadskern en tevens het gebied van de Lago Colony, tegenwoordig Cero Colorado geheten, onder San Nicolas Zuid en vallen de buitenwijken en de dunbevolkte kustgebieden, waarvan een deel van het Parke Nacional Arikok, onder San Nicolas Noord.

2.6 Het kust- en zeegebied

Naast het terrestrisch deel, bestaat een groot deel van het grondgebied van Aruba uit zee. De territoriale wateren van Aruba liggen op 12 zeemijlen vanaf de basislijn (de laagwaterlijn van het land met de daarin gelegen eilandenreeksen). Aan de zuidzijde is deze zone kleiner, aangezien deze te dicht bij de grens met Venezuela komt. Rond de basislijn ligt een ‘aansluitende zone’. In deze zone van 12 mijl rond de territoriale zee kan de handhaving en controle op diverse terreinen (douane, belasting, immigratie )worden uitgebreid. Verder geldt, met name richting het noorden, de Exclusieve economische zone (EEZ). De indeling in maritieme zones is gebaseerd op het Zeerechtverdrag van de Verenigde Naties

Zonegrenzen voor Aruba, Curaçao en Bonaire (bron: www.defensie.nl)

Het gebruik van de zee is het meest intensief in de kustzone. Daarom is hier voor de drukste strook (van Bushiri naar Ritz Carlton) bij het opstellen van de Ruimtelijke Richtlijn Inricting Stranden (RRIS) een zonering aangebracht. Zo zijn zwemzones van 50 meter (conform Landsbesluit Openbare Wateren en Stranden) langs deze kuststrook aangewezen die conform de RRIS zal worden aangepast naar 75 meter. Vervolgens geldt in hetzelfde licht een bufferzone van 75 meter. Het overige water binnen de territoriale grens is gedefinieerd als vaarzone. Dit gebied wordt ook gebruikt voor andere activiteiten, zoals maintenance en overslag. Deze gebieden zijn op basis van internationale verdragen vastgelegd; het gebied direct ten westen van het eiland is aangewezen voor maintenance, een gebied zuidwestelijk van het eiland voor overslag. Het zeegebied en de kustzone heeft ook een belangrijke ecologische functie. Daarop wordt later ingegaan.

 

Zeekaart

2.7 Economische ontwikkeling

De afgelopen 200 jaar heeft de economische productie van Aruba zich diverse malen gediversifieerd. Deze economische activiteiten hebben hun stempel gedrukt op de ruimtelijke invulling en inrichting van het eiland. Na zout, veeteelt, hout en lime was goud vanaf 1824 de pijler van de economie. Voor de goudproductie werd een nieuwe infrastructuur aangelegd. Tot ongeveer de 1e wereldoorlog is goud gewonnen op Aruba. Vanaf 1840 werd ook de productie van Aloë Vera een belangrijke economische drager. Aan het einde van de 19e eeuw kwam ook de fosfaatindustrie op gang met een belangrijke fosfaatmijn in Sero Colorado. Bij het begin van de 1e wereldoorlog (1914) bleken deze industrieën op Aruba niet meer op te kunnen tegen goedkopere productie vanuit andere landen.

De 1e wereldoorlog leidde wel tot een wereldwijde vraag naar olie. De vondst van olie in Venezuela leidde tot een nieuwe economische drager: in 1924 opende de LAGO-olieraffinaderij in San Nicolas, die leidde tot de groei van San Nicolas; in 1928 de Arend raffinaderij nabij Eagle Beach. De olie-industrie werd de belangrijkste economische pijler met een hoogtepunt in de jaren 1948 en 1949 Door concurrentie sloot de Arend raffinaderij in 1953. De LAGO ging toen over op automatisering. Uiteindelijk sloot de raffinaderij in 1984, om in 1991 weer te openen. Na de verkoop in 2004 sloot de raffinaderij in 2012 opnieuw.

Om de economie een impuls te geven en werkgelegenheid te verzekeren werd er vanaf 1960 ingezet op een nieuwe economische pijler, het toerisme. De heldere wateren en witte stranden aan de westkust hadden een aantrekkingskracht op toeristen, waardoor Aruba met name vanaf de jaren ’80 uit kon groeien tot een belangrijke toeristische bestemming. De landbouw en visserij zijn altijd aanwezig gebleven als beperkte economische activiteit. Aruba kent een aantal landbouwgebieden (waaronder Butucu en de boerderij Santa Rosa) en commerciële visvangst.

 

3. Trends en ontwikkelingen

3.1. Bevolkingsontwikkeling

In het eerste kwartaal van 2019 bedroeg de omvang van de bevolking van Aruba 112.309 inwoners. Dat is ca. 10.000 meer dan tijdens de vaststelling van het ROP 2009 (in 2010 bedroeg het aantal inwoners 101.484 (CBS)). Daarmee is de bevolking van het eiland sinds de eerste volkstelling in 1960, toen de omvang 53.199 inwoners bedroeg, meer dan verdubbeld. Aruba heeft daarmee een hoge bevolkingsdichtheid. In 2014 stond het land op de 16e plaats van meest dichtbevolkte landen (bron: The World Bank).

Bevolkingsgroei

Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) hanteert een model om de bevolkingsgroei te kunnen volgen (bron: Population Projections Aruba 2010-2030 The 2014 Revision). Het CBS hanteert daarbij verschillende projecties. Volgens de gemiddelde projectie zal de bevolking de komende jaren blijven doorgroeien naar 132.225 in 2030. Op basis van dit scenario heeft Aruba in 2020 112.881 inwoners. Op basis van het huidige aantal inwoners (112.309) lijkt deze projectie vooralsnog te kloppen. Tot 2030 zou de bevolking dus met ruim 20.000 inwoners groeien.

Bevolkingsontwikkeling (bron: CBS Aruba)

De groei komt voor een groot deel door het migratieoverschot. CBS heeft in de gemiddelde projectie berekend, dat het aantal personen dat in het buitenland geboren is, stijgt van 38,3% in 2020 naar 45,7% in 2030. In 2020 zijn dus 43.233 personen die op Aruba wonen niet op het eiland geboren. In 2030 zijn dat 60.427 personen. Uit de bevolkingsopbouw blijkt dat vanaf de leeftijdscategorie 25-29, de groep die buiten Aruba geboren is, het grootste deel van de bevolking vormt. Dat sluit aan bij het feit dat migranten een grote bijdrage leveren in de beroepsbevolking van met name de toeristische sector.

Zie ook de onderstaande figuur.

Een andere reden voor de toename van de bevolking is de stijging van de levensverwachting. Was deze in 1972 gemiddeld 70,1 jaar, in 2010 was deze al gestegen naar 76,9 jaar. Voor de samenstelling van de bevolking betekent dit dat Aruba (net als elders) te maken krijgt met vergrijzing. Het percentage van de bevolking dat ouder is dan 65 jaar, bedroeg in 2010 10,4% en in 2015 13,1%. Volgens de gemiddelde projectie zal dit percentage in 2020 15,4% van de bevolking bedragen. In 2030 zal dit percentage 19,9% zijn. In het derde kwartaal van 2018 bedroeg het aantal mensen ouder dan 65 jaar 15.441 personen. Dat is 13,9% van de bevolking. De toename van de vergrijzing heeft niet alleen effect op de bevolkingsomvang. Het leidt ook tot economische effecten vanwege een lagere participatiegraad en hogere zorgkosten.

De mate van vergrijzing en immigratie staan niet op zichzelf, maar hangen samen met de economische ontwikkeling van Aruba. Dat komt duidelijk naar voren in de bevolkingsprognose die de Centrale Bank van Aruba (CBA) hanteert (Proyeccion di poblacion di Aruba durente e periode 2015-2035 segun 4 scenario’s). In deze prognose wordt de bevolkingsgroei gekoppeld aan de groei van het GDP. De CBA gaat uit van 4 ontwikkelingsscenario’s, variërend van een krimp van de economie (scenario 1) tot een sterke groei van de economie (scenario 4).

Scenario 3 van de prognose van de CBA gaat uit van een groei van het GDP van 5.385 (miljoen florins) in 2020 naar 6.893 miljoen in 2030. In dat scenario stijgt de bevolking van 111.590 in 2020 naar 135.520 in 2030 (dus met bijna 24.000 inwoners). Dit scenario sluit aan op de gemiddelde projectie die het CBS hanteert. Hoewel het aantal inwoners van boven de 60 toeneemt met ruim 10.000 tot 36.413 (27%) wordt de vergrijzing in deze prognose opgevangen door de immigratie, die bijdraagt aan de sterkere economische groei.

Scenario 2 gaat tussen 2020 en 2030 uit van een daling van het GDP van 5.374 miljoen naar 4.981 miljoen. In dat scenario neemt de bevolking tussen 2020 en 2030 met circa 5.500 inwoners toe (van 110.094 naar 115.581), terwijl het aantal personen boven de 60 met ruim 10.000 toeneemt (van 25.679 naar 36.4130). De omvang van de bevolkingsgroep 15 – 59 daalt met circa 5.000 personen, terwijl dit (grotendeels) de beroepsbevolking is. Daarmee staat de participatiegraad onder druk. Uit het rapport Charts en trends (nov. 2018) van de CBA blijkt dat het GDP de afgelopen jaren onder de 5.000 heeft gelegen. Op basis van die indicator zou de groei van de bevolking dus minder hoog uitkomen dan waar het CBS van uitgaat.

Huishoudens

Uit het statistisch jaarboek 2015 van CBS blijkt dat in 2010 79,5% van de 34.845 huishoudens van Aruba in woonhuizen woonde. In totaal waren er 27.714 woonhuizen. 16,4% van de huishoudens woonde in appartementen. In totaal waren er 5.707 appartementen. Volgens de gemiddelde projectie van het CBS zullen er in 2030 45.400 huishoudens zijn. Het CBS concludeert dat er in 2030 36.093 woningen en 7.446 appartementen nodig zijn. Bij dit aantal wordt een uitgangspunt van 2,9 bewoners per woning gehanteerd. Dat betekent dat voor de maximale stijging van 20.000 inwoners de behoefte aan extra woningen circa 6.900 bedraagt.

De opbouw van de huishoudens in Aruba (en in de rest van de wereld) is aan het veranderen. Voorheen waren huishoudens vooral gevormd door families. De gezinssamenstelling verandert echter. Dat blijkt ook uit cijfers van het CBS. In de periode 1991 tot 2010 is het aandeel éénpersoonshuishoudens toegenomen. Het aandeel kerngezinnen (nucleaire huishoudens) is juist afgenomen. Het ligt in de lijn der verwachting dat deze lijn doorgezet wordt. Dat betekent ook dat de behoefte aan woonruimte zal veranderen; in plaats van gezinshuizen zal er meer vraag komen naar kleinere woningen en appartementen. De andere huishoudenssamenstelling stelt niet alleen eisen aan de woning zelf, maar ook aan de hele woonomgeving (bijvoorbeeld de aanwezigheid van (zorg)voorzieningen, openbaar vervoer etc.).

Huishoudens (bron: CBS)

 

3.2. Economie

Op dit moment is het toerisme de drager van de Arubaanse economie. De directe bijdrage van toerisme aan het GDP bedraagt 28,1% van het GDP, de totale bijdrage van het toerisme aan het GDP is 86,5% (2017, bron: WTTC 2018).

Deze sterke toeristische sector heeft geleid tot een verschuiving van de economische activiteiten. Het economische zwaartepunt ligt aan de westkust. Een groot deel van de leisure- en retailactiviteiten heeft zich verplaatst vanuit de binnensteden naar de hotelzone. Hierdoor heeft de binnenstad van Oranjestad te kampen met leegstand. De binnenstad van San Nicolas kampt ook met leegstand, onder andere veroorzaakt door sluiting van de raffinaderij. In beide centra is behoefte aan een nieuwe invulling. De voorspelling is dat de totale bijdrage van toerisme aan het GDP in 2028 91,7% gaat bedragen (World Travel and Tourism Council, WTTC).

Het hebben van alleen het toerisme als economische drager maakt het land sterk afhankelijk van het toerisme en daarmee kwetsbaar voor externe omstandigheden. Volgens het rapport Study on Tourism Carrying Capacity for the island of Aruba (Sustainable Travel International, 2018) is een bijdrage van 75% aan het GDP de ideale omstandigheid. Toerisme zorgt voor 89% van de werkgelegenheid op het eiland. In gesprekken die in het kader van dit ROP gevoerd zijn kwam naar voren dat het in de praktijk moeilijk is om goed gekwalificeerd personeel te vinden om het niveau op peil te houden, waardoor migratie nodig blijft. Verder heeft de arbeidsmigratie die voor de hotelsector nodig is vooral betrekking op laaggeschoold personeel en is er relatief weinig werk voor hoger geschoolden. Bovendien blijkt uit de Carrying Capacity Study dat voor een aantal onderdelen (waste management, beach sludge, met name in Palm Beach) de capaciteit al overschreden is.

Het eiland heeft op dit moment 10.080 kamers (Aruba Tourism Authority, ATA, 2017). De toeristische groei zal conform advies van de ATA maximaal 3% bedragen. Deze groei zal zoveel mogelijk gerealiseerd worden met hoge kwaliteit en lage impact. Landelijk is een commissie ingesteld voor het onderzoeken van de carrying capacity op alle beleidsterreinen van het land Aruba. Vooruitlopend op de resultaten wordt een conservatieve groei nagestreefd. Dit sluit ook aan bij onderzoeksresultaten (H. Croes, 2007), waaruit blijkt dat een ongecontroleerde groei tot overcapaciteit en verdringing op de bestaande toeristenmarkt kan leiden. Dit kan tot gevolg hebben dat het eiland een massatoerismebestemming wordt (en iedere nieuwe kamer relatief minder bijdraagt aan het GDP). Bovendien leiden extra kamers tot extra migratie (ATA, 2005).

De komende jaren zal een aantal nieuwe grootschalige hotels gerealiseerd/geopend worden. Dit zijn vooral bestaande overeenkomsten/opties die tot uitvoering worden gebracht. Het aantal kamers neemt daarmee toe. De groei van het migratiesaldo, die in paragraaf 3.1 is beschreven, is dan ook (deels) toe te schrijven aan de uitbreiding van de kamers.

Door het economisch profiel van Aruba, waarin toerisme de belangrijkste rol speelt, heeft Aruba een lage export (CBS, 2018). Door de groei van de toeristische sector zal dit verschil alleen maar toenemen. Uit paragraaf 3.1 blijkt dat een lager GDP leidt tot emigratie en vergrijzing. Hiermee wordt de beroepsbevolking kleiner terwijl de zorgkosten stijgen, wat weer een negatief effect op de economie heeft. Het is daarom noodzaak te zorgen voor versterking van de economie. Het is zoals gezegd niet gewenst dit te bereiken door het uitbreiden van het aantal kamers. Een belangrijke opgave voor het land voor de komende jaren is daarom het diversificeren van de economie en het beperken van de import, waardoor het GDP zal stijgen. Bovendien kunnen hierdoor meer banen voor hoger opgeleiden worden gecreëerd, die enerzijds per arbeidsplaats een grotere bijdrage aan de economie leveren en waarmee anderzijds de braindrain (het vertrek van hoger opgeleiden van Aruba) wordt tegengegaan. Mogelijkheden hiervoor liggen bijvoorbeeld in het innoveren en vergroten van de eigen voedselproductie, waardoor Aruba minder afhankelijk is van de import van voedsel.

Overzicht in-export (bron: CBS)

 

3.3. Infrastructuur

Aruba heeft een heldere hoofdverkeersstructuur. Deze bestaat uit één doorgaande weg (Route 1 A/B), die San Nicolas via Oranjestad met de hotelzone verbindt. Om Oranjestad te ontlasten wordt momenteel de 3e ringweg (de Watty Vos Boulevard) aangelegd. De 2e ringweg is tussen de Vondellaan en de Santa Helenastraat tot op heden niet gekoppeld. Als 4e ringweg kan route 4, die de woonkernen rondom Oranjestad verbindt, worden gezien. Vanuit Oranjestad loopt een aantal radialen door het verstedelijkt gebied. Door het hoge aantal auto’s (Aruba had volgens het CBS in 2010 44.739 auto’s) is de druk op het Arubaans wegennet hoog, waardoor tijdens piekmomenten (zoals het halen en brengen van scholieren en het gaan en komen van werk) vaak sprake is van lange reistijden. De opening van de Watty Vos Boulevard zal deze situatie voor het verkeer tussen het vliegveld en de hotelzone verbeteren. Wel zal de bevolkingsgroei leiden tot extra auto’s en extra verkeer. Dat betekent dat ingezet moet worden op onder andere het stimuleren van het gebruik van openbaar vervoer.

Aruba heeft aan de zuidkust moderne infrastructuur voor internationale verbindingen liggen. Zuidoostelijk van Oranjestad ligt de luchthaven Reina Beatrix. Verder liggen hier de internationale havens (Oranjestad, Barcadera en San Nicolas). De overslagactiviteiten van Oranjestad zijn verplaatst naar Barcadera, waardoor de haven in Oranjestad zich met name richt op het cruisetoerisme.

3.4. Natuur en landschap

De geologische opbouw van Aruba, in combinatie met de ligging in zee, levert een gevarieerd landschap met bijzondere terrestrische en mariene ecosystemen op. Ecosystemen met bijzondere flora en fauna zijn te vinden aan de kust in onder andere stranden, mangrovebossen, rotskusten, wetlands en saliñas, duinen, koraalriffen en zeegrasvelden, en op het land in onder andere cactusgebieden, grotten en rotsgebieden. Deze gebieden zijn onder andere van belang voor vogels (op Aruba komen 270 soorten voor, waaronder 2 endemische, (Athene cunicularia arubensis, Aratinga pertinax arubensis)), andere endemische soorten zoals Cascabel (Crotalus unicolor) en Cododo (Cnemidophorus arubensis), schildpadden, dolfijnen en diverse andere (beschermde) zeedieren. De rooien die de verschillende ecosystemen verbinden zijn, behalve hun watervoerende functie, van belang als ecologische corridors.

Op dit moment heeft Aruba één gebied, dat op basis van artikel 10 van de Natuurbeschermingsverordening is aangewezen als natuurreservaat. Dit betreft het Parke Nacional Arikok, een gebied dat circa 18% van het eiland beslaat. Daarnaast is het Spaans Lagoen aangewezen als Ramsar-site. Het Spaans Lagoen is ook onder de Natuurreservaat-status van Parke Nacional Arikok gebracht. De Staten van Aruba hebben op 6 februari 2013 (IS/378/12-13) naar aanleiding van een verzoek van de Stichting Aruba Birdlife Conservation een unanieme motie aangenomen om 16 gebieden meer als natuurreservaat in de zin van artikel 10 van de Natuurbeschermingsverordening aan te wijzen. Deze 16 gebieden omvatten habitats van soorten planten en dieren die zowel uniek, waardevol, maar ook bedreigd en waardevol zijn. Aan deze motie is gevolg gegeven. Bovendien wordt onderzocht of het mogelijk is om vier gebieden aan te wijzen als Ramsar-gebied. Dit betreft de gebieden Bubaliplas, Isla di Oro Mangel Halto, Oranjestad Rifeilanden en San Nicolas Baai Rifeilanden.

De groei van de bevolking, de uitbreiding van toeristische voorzieningen en het intensiever gebruik van land en zee hebben gevolgen voor de inheemse flora en fauna van Aruba. Deze staat hiermee onder druk. Dat blijkt onder andere in het stedelijk gebied rondom Oranjestad dat nagenoeg geheel aan elkaar gegroeid is. Dit leidt ook tot afname van habitats voor beschermde soorten.

Aan de andere kant is er wel waardering voor natuur en landschap, zowel bij toeristen als bij de eigen bevolking. Zo toont onderzoek aan dat het natuurlijk kapitaal van waarde is voor het toerisme. Tussen de 45 en 55% van de toeristen zou niet terugkeren als de kwaliteit van land, zee en strand achteruit zou gaan.

Naast de beschermde gebieden die genoemd zijn, kent Aruba ook andere gebieden die ecologisch van belang zijn. Deze vormen samen de ecologische hoofdstructuur. Deze is in het kader van dit ROP in kaart gebracht en heeft bij de opstelling van het ROP een belangrijke rol gespeeld. Hierop wordt in hoofdstuk 5 nader ingegaan.

3.5. Relevante ontwikkelingen

De afgelopen jaren is op Aruba een aantal (infrastructurele) ontwikkelingen afgerond, zoals de weg van Oranjestad naar San Nicolas, deel van het Longest Linear Park en de herinrichting van de openbare ruimte van de binnensteden Oranjestad en San Nicolas. De komende jaren zal een aantal nieuwe ontwikkelingen verder uitgevoerd worden.

  • Watty Vos Boulevard: de 3e ringweg rond Oranjestad wordt momenteel aangelegd. Na afronding zal deze weg de verbinding vormen tussen de luchthaven en de hotelzone. Langs deze boulevard zal ruimte zijn voor nieuwe (woningbouw- en commerciële) ontwikkelingen;
  • Gateway 2030 Expansion Project: om de capaciteit van luchthaven Reina Beatrix te ver-groten, wordt de luchthaven de komende jaren uitgebreid. Enerzijds betreft het de ontwikkeling van een nieuw terminalgebouw en de realisatie van meer contact gates. Anderzijds worden de cargo-activiteiten aan de zuidzijde van de runway, gescheiden van het passagiersverkeer, geconcentreerd. De ontwikkelingen vinden op het luchthaventerrein plaats;
  • Aruba Port City: de voormalige containerhaven in Oranjestad heeft na de ingebruikname van de nieuwe havenfaciliteiten in Barcadera haar functie verloren. Dit terrein zal de komende jaren ontwikkeld worden tot een gemengd gebied, waar ruimte is voor wonen, kantoren en boutique hotels. Belangrijk onderdeel van het gebied is de realisatie van een parkgebied, waar ruimte is voor ontspanning en verbinding met de zee wordt gerealiseerd. In dit park komt ook ruimte voor een multifunctioneel evenemententerrein;
  • Barcadera: het gebied nabij de overslagterminal zal in overleg met de freezone ingericht worden voor nieuwe bedrijven;
  • Ferryverbinding: er zijn studies uitgevoerd naar een ferryverbinding met Curaçao. De ferry zal aanlanden in de haven van San Nicolas. De bedoeling is dat deze ferry in 2020 gaat varen;
  • WEB zal voor de productie van water overstappen op een milieuvriendelijkere productiemethode. Haar productiefaciliteit zal daarvoor aangepast worden;
  • De landfill Parkietenbos zit over haar capaciteit. Het streven is de landfill te sluiten, te saneren en de locatie landschappelijk in te passen. Vervolgens kan Parkietenbos een nieuwe functie krijgen, bijvoorbeeld voor recreatieve activiteiten in combinatie met energiewinning. Voor de verwerking van het afval wordt een nieuwe faciliteit gebouwd. Hiermee zal het afval volgens het principe waste-to-energy verwerkt worden;
  • Energietransitie: er zijn verschillende ideeën om de energiewinning te verduurzamen. Op het eiland is al een aantal zonnepanelenvelden aanwezig (airport, Lago Heights). Er is vraag naar nieuwe locaties. Ook meer innovatieve mogelijkheden, zoals deep-sea-cooling, worden onderzocht. Bij Vader Piet ligt een windmolenpark. De wens is om dit park verder uit te breiden, en zo het aandeel duurzame energie op het eiland te vergroten.

 

4. Beleid

Algemeen

Dit hoofdstuk bevat het beleid van Aruba ten aanzien van onderdelen van de fysieke leefomgeving. Dit beleid is de basis voor de in de ROP 2019 gemaakte beleidskeuzes. Het ROP 2019 bevat de ruimtelijke en functionele vertaling van dit beleid.

4.1. ‘Hunto pa Aruba’, November 2017

De missie van het kabinet Wever-Croes is om het algemeen belang van het Arubaans volk te behartigen en tevens de mens, de burger, centraal te stellen. Samen voor Aruba in de breedste zin van het woord. Deze missie is vertaald in het regeerprogramma Hunto pa Aruba. Het regeerprogramma is uitgewerkt in 6 beleidspunten:

  1. goed bestuur, integriteit en transparantie;
  2. duurzame en gebalanceerde financiën;
  3. justitie, veiligheid en bescherming;
  4. sociale zaken;
  5. economisch welzijn;
  6. infrastructuur, milieu en duurzame energie.

De missie uit het regeringsprogramma sluit aan en ligt dan ook deels ten grondslag aan het nieuwe ROP. Dit ROP vloeit direct voort uit veranderde omstandigheden en behoeften. In het eerdere ROP was de focus een sterke economische groei terwijl nu het vinden van balans met het milieu, het beschermen van de waardevolle natuur en het realiseren van inrichting van kwalitatief hoge leefkwaliteit voor de burger centraal staat. Onder punt 6, infrastructuur, milieu en duurzame energie, is het daadwerkelijk implementeren van het Ruimtelijk Ontwikkelingsplan met voorschriften (ROPV) benoemd. Het ROP vormt daarvoor de opmaat. Verder is onder beleidspunt 6 een aantal andere concrete beleidsuitgangspunten benoemd die relevant zijn voor het ROP, zoals:

  • efficiëntere toekenning van terreinen;
  • het opstarten van projecten voor het ontwikkelen van meer sociale en betaalbare woningen, onder andere door het toepassen van gelaagd wonen op hoge dichtheid;
  • betere natuurbescherming en handhaving;
  • beter afvalbeleid;
  • duurzaam energiebeleid.

Ook het beleidspunt economisch welzijn omvat concrete bouwstenen voor dit ROP, waaronder:

  • economische diversificatie;
  • een duurzame primaire sector;
  • de ontwikkeling van San Nicolas.

4.2.     Beleid ministerie Ruimtelijke ontwikkeling, Infrastructuur en Milieu

  • Roadmap of the Ministry of Spatial Development, Infrastructure and Environment 2017 – 2021;
  • Beleidsvoornemens Ruimtelijke ontwikkeling, Infrastructuur en Milieu 2018;
  • Beleidsvoornemens Ruimtelijke ontwikkeling, Infrastructuur en Milieu 2019 (concept).

Uitgangspunt van het ministerie van Ruimtelijke ontwikkeling, Infrastructuur en Milieu is dat het de steunpilaren integriteit, transparantie en mensgericht handelen als richtlijn voor haar handelswijze gebruikt. Daarbinnen gelden de volgende beleidsuitgangspunten:

Ruimtelijke ontwikkeling

Ten aanzien van ruimtelijke ontwikkeling, en voortvloeiend uit het regeerprogramma, is de implementatie van het ROPV een speerpunt en een prioriteit van het ministerie. Het uitblijven van een ROPV heeft in het verleden verwarring en schade veroorzaakt bij uitgifte van terreinen en aan de waarborging van de Arubaanse flora, fauna en belangrijke habitats.

Infrastructuur

Het ministerie richt zich op de verbetering van de kwaliteit van leven op Aruba. Enerzijds door de komende 4 jaar in te zetten op 1.000 nieuwe woningen per jaar. Hierin zijn minimaal 250 woningen in de categorie sociale woningbouw opgenomen, waarvoor de samenwerking met FCCA gezocht wordt. Verder zijn inbegrepen de vastgelopen bouwvergunningen die de afgelopen jaren voorbereid zijn. Het ministerie zet ook in op uitbreiding en verbetering van het wegennet, met name in de woonwijken.

Milieu

Het waarborgen van een goed milieu en het zorgen voor een goed natuurbeheer is een hoge prioriteit van het ministerie. Milieu moet gelijkwaardig beschouwd worden binnen de verschillende thema’s zoals toerisme en economie. Een efficiënt en transparant natuurbeheer verhoogt de levenskwaliteit op Aruba. Om dit beleid concreet te maken wordt een pragmatische beleidsnota opgesteld (zie onder 4.3). Een ander speerpunt is het oplossen van de afvalproblematiek van Aruba. Specifiek wordt een oplossing gezocht voor de stortplaats Parkietenbos.

Verder is de wettelijke bescherming van natuurgebieden een beleidsvoornemen. Naast de 16 gebieden die naar aanleiding van een motie van het parlement aangewezen worden, wordt ingezet op het oprichten van een Marine Park.

4.3.     Natuur- en Milieubeleidsnota 2018-2021 Directie Natuur en Milieu

In de ‘Beleidsnota Onze Natuur en Ons Milieu, op weg naar een evenwichtige toekomst’, is het beleid ten aanzien van natuur en milieu beschreven. De nota is een uitwerking van de beleidsvoornemens van het ministerie (zie hierboven). De nota geeft richting aan het stimuleren van de duurzame ontwikkeling van Aruba door het creëren van een balans tussen enerzijds een verantwoorde ontwikkeling en anderzijds de bescherming van onze natuurlijke omgeving. De nota omvat duidelijke strategische doelen. Daarvoor zijn vier prioriteitsthema’s benoemd, namelijk; afval, habitat en soort, milieu en gezondheid en klimaatverandering. Deze zijn in 4 actieplannen vertaald.

Een van de acties die concreet benoemd is, is de introductie van het ROPV. Hiermee kan de balans tussen ontwikkeling en bescherming van milieu en natuur concreet vorm krijgen. Andere concrete acties zijn onder andere een integraal afvalbeheer, herbebossing, building with nature en controle op bedrijven die overlast veroorzaken in woongebieden.

4.4.     Ruimtelijke ontwikkeling en gronduitgiftebeleid – een systematische en integrale aanpak

Als uitwerking van het regeerakkoord is een nieuw gronduitgiftebeleid opgesteld. Dit beleid is erop gericht om het proces van gronduitgifte en terreintoekenning transparant, integer, efficiënter en effectiever te laten verlopen en misbruik te voorkomen en tegen te gaan. Dit is uitgewerkt door:

  • De depolitisering van het proces tot gronduitgifte;
  • De Dienst Infrastructuur en Planning (DIP) is de enige aangewezen instantie voor het beheer van domeingronden;
  • Vooraf gedefinieerde en gepubliceerde beleidsvoorschriften vast te stellen;
  • Grondaanvragen en terreinverzoeken van burgers alleen bij de DIP in behandeling te nemen, beoordelen, beslissen en af te handelen.

4.5.     Speerpuntenbeleid ministerie economische zaken (The promising sectors)

Zoals is aangegeven in het regeerprogramma, zet de regering in op diversificatie van de economie. Doel is minder afhankelijk te zijn van één economische drager (het toerisme) en hoogwaardiger werk te kunnen realiseren. Dat is ook een oplossing voor de brain-drain, waarbij jonge Arubanen het land verlaten voor onderwijs en niet terugkeren. Daarbij zet de overheid in op promising sectors: sectoren, die in potentie al op Aruba aanwezig zijn en waar innovatiekansen liggen.

De volgende promising sectors zijn benoemd:

Het toerisme: uitgangspunt is de doorontwikkeling van het toerisme door kwaliteitsverbetering en inzetten op nichemarkten. Hierdoor kan Aruba bezoekers met een hoog besteedbaar inkomen (de affluent-bezoeker) blijven trekken.

Primaire sector: de versterking van de primaire sector is specifiek benoemd in het regeerprogramma. Aruba importeert het overgrote deel van haar voedsel. Dat maakt Aruba afhankelijk van andere landen en leidt tot hoge import(kosten). Om de voedselveiligheid veilig te stellen en de economie te versterken door import te beperken, wordt ingezet op vergroting van de eigen voedselproductie. Dat gebeurt door ruimte te bieden voor landbouw op de traditionele manier, aan voedselproductie op kleine schaal (Urban farming), maar ook door innovatie in de landbouw (vertical farming, aquaponics) te faciliteren.

Kenniseconomie: het verder uitbouwen van de kennis die op het eiland aanwezig is, bijvoorbeeld ten aanzien van watermanagement en duurzaamheid, gebruikmakend van de aanwezige infrastructuur.

Logistiek: de aanwezigheid van een moderne internationale luchthaven in combinatie met moderne havenfaciliteiten (Barcadera) biedt mogelijkheden om de logistieke sector verder te ontwikkelen.

Circulaire economie: circulaire economie is een economisch systeem dat bedoeld is om herbruikbaarheid van producten en grondstoffen te maximaliseren en waardevernietiging te minimaliseren. Reststoffen worden volledig opnieuw ingezet in het systeem. Het stimuleren van een circulaire economie leidt tot minder afval, efficiënter gebruik van grondstoffen en minder ruimtebeslag. Het kan bijdragen aan de export en de verbetering van de werkgelegenheid.

Creatieve industrie: het ontwikkelen van de creatieve sector sluit aan bij de ambitie om San Nicolas te ontwikkelen tot ‘Cultural and heritage capital of Aruba’.

4.6. Vestigingsbeleid 2017

De economische ontwikkeling heeft geleid tot een sterke toename van het aantal bedrijven op Aruba. Het vestigingsbeleid heeft als doel de groei van bedrijven te stimuleren én de kwaliteit, leefbaarheid en veiligheid in de woonwijken te bevorderen. Echter, de wildgroei van commerciële activiteiten heeft geleid tot overlast en daarmee aantasting van de leefbaarheid en de kwaliteit van leven in sommige wijken. Daarom is het Vestigingsbeleid 2017 opgesteld. Doel van dit beleid is regels te stellen aan commerciële activiteiten in gebieden met een woonkarakter en om de vestiging van commerciële activiteiten die bijdragen aan verhoging van de leefbaarheid en voorzieningenniveau te reguleren. Met dit beleid wordt bijgedragen aan de leefkwaliteit in woongebieden.

4.7.     A Roadmap for SDG Implementation in Aruba

De roadmap is een document dat de komende 4 jaar richting geeft aan de implementatie van de Sustainable Development Goals (SDG’s) van de Verenigde Naties op Aruba. De SDG-agenda gaat uit van 5 thema’s: People, Planet, Prosperity, Peace en Partnership. De 17 SDG’s zijn breed, het is daarom van belang dat een prioriteit gegeven moet worden. Voor Aruba is door de VN daarom een 9-tal ‘accelators’ voorgesteld. Een aantal van deze accelators, zoals ‘Natural Resources Management’, sluit aan op het beleid dat in dit ROP gevoerd wordt. De Roadmap en het ROP zijn beide strategische documenten die naast elkaar staan en elkaar beïnvloeden.

 Accelerators Aruba

4.8. Voorbereidingsbesluit

De minister van Ruimtelijke Ontwikkeling, Infrastructuur en Milieu heeft op 21 december 2018, met het oog op het ROP en het nog op te stellen ROPV, een voorbereidingsbesluit vastgesteld. Op basis hiervan is voor diverse werkzaamheden, zoals het aanleggen van wegen en terreinverhardingen, het slopen van bouwwerken, het vellen van bomen en het uitvoeren van werkzaamheden die de waterhuishouding beïnvloeden, een aanlegvergunning vereist. Met dit aanlegvergunningenstelsel kan de minister werkzaamheden voorkomen die afbreuk doen aan de leefbaarheid en het behoud van de natuur en bedreigde inheemse flora en fauna op Aruba.

Tevens is in het voorbereidingsbesluit bepaald dat nieuwe bouwaanvragen ten behoeve van bouwwerken, zijnde nieuwbouw van verblijfsaccommodaties en condominiums die conform de Vergunningsverordening hotel- of logement vergunningsplichtig zijn, moeten worden aangehouden. Hetzelfde geldt voor nieuwe bouwaanvragen ten behoeve van ver- of bijbouw van bedoelde verblijfsaccommodaties en condominiums. Met deze aanhoudingsverplichting wil de minister een verdere ongebreidelde groei van verblijfsaccommodaties en condominiums tegengaan.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Tevens is in het voorbereidingsbesluit bepaald dat nieuwe bouwaanvragen ten behoeve van bouwwerken, zijnde nieuwbouw van verblijfsaccommodaties en condominiums die conform de Vergunningsverordening hotel- of logement vergunningsplichtig zijn, moeten worden aangehouden. Hetzelfde geldt voor nieuwe bouwaanvragen ten behoeve van ver- of bijbouw van bedoelde verblijfsaccommodaties en condominiums. Met deze aanhoudingsverplichting wil de minister een verdere ongebreidelde groei van verblijfsaccommodaties en condominiums tegengaan.

5. Onderzoek

Het vertrekpunt voor het ROP 2019 is het ROP 2009. Het ROP 2009 is in de basis nog actueel, maar dient na 10 jaren op een aantal onderdelen geactualiseerd te worden. Daarvoor is het nodig te weten welke ruimtelijke en functionele opgaven er spelen op Aruba. Ter ondersteuning van het op te stellen beleid in dit ROP is in de voorbereiding daarom gebruik gemaakt van een aantal onderzoeken. Een overzicht van de geraadpleegde onderzoeken is opgenomen in bijlage 2.

Verder is bij aanvang van het project een evaluatie van het ROP 2009 gemaakt. Deze evaluatie is opgesteld in de vorm van een verslag zoals bedoeld in artikel 8 van de Landsverordening Ruimtelijke Ontwikkeling. Daarbij is gekeken in hoeverre het beleid zoals opgenomen in het ROP 2009 uitgevoerd is. Verder is gekeken welke beleidsuitgangspunten gecontinueerd kunnen worden. Dit verslag is opgenomen in bijlage 3.

 

6. Uitgangspunten en opzet ROP 2019

6.1. De opgaven

Uit de voorgaande tekst blijkt dat Aruba een aantal opgaven kent. Een belangrijke opgave is de opvang van de bevolkingsgroei. Los van deze groei is er nu ook een grote vraag. Zo heeft FCCA heeft een wachtlijst voor ca. 2.400 sociale woningen, bij DIP zijn 12.000 aanvragen voor woonkavels. De druk is extra hoog aangezien de beoogde woningbouwproductie de afgelopen jaren niet op peil is geweest. Daarom zet het ministerie de komende 4 jaar ambitieus in op 1.000 nieuwe woningen per jaar.

Daarnaast is er een belangrijke economische opgave. Aruba is grotendeels afhankelijk van het toerisme. Dat maakt het eiland kwetsbaar. Er is daarom behoefte aan een economische transitie door inzet op de promising sectors. Dat betekent onder andere een kwaliteitsverbetering van het toerisme en een versterking van de primaire sector. Een verdere ontwikkeling van Oranjestad en San Nicolas vormt een bijdrage aan het stimuleren van de creatieve sector en de sector technologie.

Maar misschien wel de belangrijkste opgave is de afstemming tussen de economische en sociale opgaven en natuur en milieu. Deze afstemming is de afgelopen jaren niet vanzelfsprekend gebleken. Dat heeft geleid tot een aantal knelpunten. Zo heeft de groei van het stedelijk gebied geleid tot een verlies van natuurgebieden en landschappelijke en ecologische waarden. Ook is gebouwd in rooien, waardoor het watersysteem is verstoord. Dat leidt nu tot overlast bij hevige regenbuien, bijvoorbeeld in Oranjestad. Ten slotte zijn de laatste jaren veel commerciële- en bedrijfsfuncties in woongebieden gerealiseerd die daar eigenlijk niet passen. Deze activiteiten leiden tot overlast en aantasting van het woongenot, bijvoorbeeld vanwege geluid-, stof- of verkeersproductie. Er is daarom behoefte aan het stellen van regels aan commerciële en bedrijfsactiviteiten.

Deze opgaven vragen om een andere sturingsfilosofie, die de basis is voor dit ROP.

6.2. De visie

De visie van het ROP is te komen tot een duurzame inrichting van Aruba.

Dit wordt bereikt door:

  • Het creëren van een gezonde en veilige leef-, werk- en woonomgeving op heel Aruba;
  • Het zoeken naar evenwicht tussen economische en sociale ontwikkelingen en natuur en milieu;
  • Het toepassen van duurzaam ruimtegebruik en het behouden en versterken van de eigen waarden, kwaliteiten en identiteit van Aruba;
  • Op basis van de Sustainable Development Goals concrete programma’s met meetbare indicatoren te benoemen;
  • Op een goede wijze samen te werken met alle partners.

Relatie met het ROP 2009

In het kader van dit ROP is een verslag opgesteld. Daarin is een evaluatie gemaakt van het beleid zoals gevoerd in het ROP 2009. Uit het in bijlage 3 opgenomen verslag mag blijken dat een groot deel van de doelen zoals gesteld in het ROP 2009 van toepassing blijft. Echter, geconstateerd is ook dat de gewenste ruimtelijke hoofdstructuur niet geheel gerealiseerd is. Deze structuur ging uit van een centrumstad (Oranjestad) met daaromheen een aantal kernen. Deze kernen zouden van elkaar gescheiden zijn door groene longen. In de praktijk is deze opzet echter niet meer herkenbaar en zijn de kernen grotendeels aan elkaar gegroeid.

Model ROP 2019

Dit ROP gaat uit van een ander ruimtelijk model. Het in het ROP 2009 opgenomen ruimtelijk model is aangepast op basis van een waardenbenadering. Vanuit de 2 stedelijke centra (Oranjestad en San Nicolas) vindt richting de grote waardevolle natuurlijke en meer open gebieden (Arikok, Saltspray) een toenemende bescherming van de landschappelijke en ecologische waarden plaats (centrumgebied-stedelijk gebied-woongebied met waarden-landschappelijk gebied en natuurgebied/natuur en landschap).

Uitgangspunt van dit model is verdichting in de stedelijke gebieden Oranjestad en San Nicolas. Deze gebieden hebben een stedenbouwkundige heldere opzet waarbinnen ruimte is voor extra bebouwing. Daarbuiten ligt een ‘patchwork’-landschap, waar woongebieden en groengebieden elkaar afwisselen. Uitgangspunt van dit beleid is dat dit gebied (mede op basis van het beleid vanuit het ROP 2009) steeds extensiever bebouwd en gebruikt wordt. Het vormt daarmee een buffer, een natuurlijke overgang naar de natuurgebieden, en vice versa. In deze gebieden is ontwikkeling mogelijk, mits rekening gehouden wordt met de aanwezige waarden. In het ROP 2019 worden deze waarden daarom expliciet benoemd en gewaardeerd door het opstellen van een ecologische hoofdstructuur.

Ecologische hoofdstructuur

In dit ROP zijn de aanwezige ecologische waarden geconcretiseerd door het benoemen van de ecologische hoofdstructuur. De kaart is opgesteld door de DNM, in samenwerking met de DOW en DIP. Daarbij is onder andere gebruik gemaakt van de Aruba Birdlife Conservation en het Parke National Arikok. De kaart van de ecologische hoofdstructuur met toelichting is opgenomen in bijlage 6.

Ecologische hoofdstructuur (bron: DNM)

De kaart bestaat uit gebieden, met aangetoonde ecologische, natuurlijke, waterhuishoudkundige en landschappelijke waarden. Op deze kaart staan de natuurgebieden, de elementen met landschappelijke en ecologische waarden (waaronder ook de rotsformaties en tanken en dammen), en de verbindende rooien. Dit geheel vormt samen de ecologische hoofdstructuur, de ecologische ruggengraat van het eiland. In deze gebieden staan volgens dit ROP behoud van natuurlijke en ecologische waarden centraal. Dat betekent dat in deze gebieden geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk zijn. Het doel van deze kaart is deze gebieden vrij te houden, zodat deze hoofdstructuur behouden blijft en kan blijven functioneren. Deze bescherming zal in het ROPV worden verankerd. In dat kader wordt ook de begrenzing van de te beschermen gebieden verder gedetailleerd. Het gebied Hooiberg e.o. is vooruitlopend daarop vanwege het unieke karakter en de waarden voor het hele eiland al in dit ROP als te beschermen en conserveren aangewezen

In het ROP is ook een aantal aandachtsgebieden opgenomen voor specifieke soorten (Terns, Shoco, Prikichi). Deze zones zijn op basis van onderzoek aangegeven door Aruba Birdlife Conservation (ABC). Hoewel in de meeste gevallen deze gebieden een onderdeel vormen van de ecologische hoofdstructuur, vallen enkele gebieden samen met reeds ontwikkelde gebieden op het eiland. Voor deze gebieden zal in het ROPV een regeling opgenomen worden waarmee de soorten in die gebieden extra bescherming krijgen. Dat zal gebeuren door het maken van een koppeling met het beleid Build with Nature. Dit beleid kan ook educatief worden ingezet, bijvoorbeeld door in bepaalde gebieden de toepassing van beplanting te stimuleren die voor inheemse soorten (zoals de Prikichi) aantrekkelijk is.

6.3. Toepassing van de SDG’s

Om de visie, de duurzame inrichting van Aruba, te concretiseren en toetsbaar te maken, wordt in dit ROP aansluiting gezocht op de Sustainable Development Goals (SDG’s). De SDG’s zijn vastgesteld door de lidstaten van de Verenigde Naties, als ontwikkelingsagenda tot 2030.

Primair is SDG 11 van toepassing op het opstellen van een ruimtelijk plan als het ROP; Subdoel 11.3 gaat specifiek in op planning. Verder wordt dit ROP digitaal gepubliceerd. Dat betekent dat invulling gegeven is aan de SDG’s 12.8 en 16.3. Het beleid zoals gevoerd in dit ROP sluit echter aan op een groot aantal SDG’s en de bijbehorende subdoelen, direct of indirect. Dit is in onderstaande tabel weergegeven (en uitgewerkt in bijlage 5). Hieruit blijkt de brede reikwijdte van het ROP, ondanks dat het primair een ruimtelijk instrument is.

Aan dit ROP is een uitvoeringsprogramma gekoppeld. Dit programma heeft tot doel om het beleid op een aantal onderdelen te concretiseren. Deze acties zijn gekoppeld aan de relevante SDG’s. Daardoor bevat dit ROP naast beleid ook concrete actie om toetsbare indicatoren te formuleren. Het ROP levert hiermee ook een bijdrage aan de implementatie van de SDG’s. Het opstellen van een ROPV kan worden gezien als verdere uitwerking van SDG 11.3.

6.4. Opzet ROP

Het ROP 2019 bestaat uit een aantal onderdelen.

Het ROP bevat een kaart, waarop de gebieden waarvoor beleid is beschreven weergegeven zijn. Ten slotte is een lijst met begrippen opgenomen, om verwarring in begrippen te voorkomen. Het ROP wordt gepresenteerd via een website, die voor een ieder toegankelijk is. Bovendien zijn het ROP en de toelichting in drie talen opgesteld. Uitgangspunt is een bondig en concreet ROP dat transparant is en voor een ieder raadpleegbaar is. De begrenzingen in het ROP zijn op een wat globaler niveau en worden in het ROPV geconcretiseerd.

Het beleid van dit ROP is zowel per sector als per gebied beschreven. Concrete acties zijn uitgewerkt in programma’s.

Beleidskeuzes per sector

Voor de sectoren woningbouw, toerisme, economie, zorg, welzijn en sport, verkeer en vervoer, duurzaamheid, natuur en landschap en monumenten en cultuurhistorie zijn op basis van de visie beleidskeuzes geformuleerd. Bovendien is er beleid ten aanzien van de uitvoering van dit ROP geformuleerd. De beleidskeuzes vormen mede de aanzet tot de programma’s.

Gebiedsbeleid

De beleidskeuzes zijn vervolgens vertaald naar gebieden. Daarbij is de kaart van het ROP 2009 als uitgangspunt genomen. Op een aantal onderdelen is deze kaart gewijzigd, bijvoorbeeld vanwege nieuwe beleidsinzichten of de nieuwe sturingsfilosofie dat waarden en kwaliteiten de basis zijn voor het beleid en de toegestane functies. In het gebiedsbeleid zijn ook bouwregels opgenomen. Uitgangspunt daarbij is een verdiepingshoogte van 3 meter voor woningen, 3,5 meter voor hotels en 4 meter voor commerciële functies. In beginsel zijn commerciële functies in woongebieden alleen op de begane grond toegestaan; in commerciële gebieden zijn deze ook op de verdiepingen mogelijk. Verder zijn twee gebieden toegevoegd waar het beleid expliciet is om te herstructureren/te verdichten.

Het gebiedsbeleid doet uitspraken over bouw- en gebruiksmogelijkheden. In dit beleid is echter expliciet opgenomen dat waardevolle elementen behouden moeten blijven. Daarom is in dit ROP een voorstel gedaan voor een ecologische hoofdstructuur. Dat betekent overigens niet dat buiten deze gebieden geen (natuur- of) andere waarden aanwezig zijn. Op basis van het principe Build with nature, of op basis van de Natuurbeschermingsverordening en het Landsbesluit bescherming inheemse flora en fauna (bijvoorbeeld vanwege de aanwezigheid van beschermde soorten) kunnen ook elders bouw- en gebruiksbeperkingen zijn.

Uitvoeringsprogramma

Het ROP sluit af met een uitvoeringsprogramma. Doel van dit programma is om een aantal beleidsuitgangspunten te vertalen in toetsbare criteria / indicatoren.

ROPV

Het ROP is zodanig opgesteld dat op basis hiervan een ROPV kan worden opgesteld. Zo kunnen bijvoorbeeld de gebieden de basis zijn voor de in het ROPV op te nemen bestemmingen. Omdat het ROP direct gevolgd wordt door een ROPV kan er op een wat hoger abstractieniveau worden gewerkt. Eventuele concretiseringen worden gemaakt in het kader van het ROPV. Ter inspiratie zijn concept voorschriften uitgewerkt die als bijlage bij deze toelichting opgenomen zijn.

 

7. Regelgeving

7.1. Inleiding

Het ROP 2019 bevat het beleid ten aanzien van de fysieke leefomgeving van Aruba. Het ROP kan worden gezien als de koers die Aruba volgt om de doelen te bereiken.

Het maken en het vaststellen van beleid alleen zijn echter niet voldoende. Om de doelen te halen en uitvoering te geven aan de beleidskeuzes, is het ook gewenst om juridische regels op te stellen en deze op een goede manier uit te voeren. En indien deze regels worden overtreden handhavend op te treden.

In dit hoofdstuk van het ROP wordt in het kort ingegaan op de meest betrokken juridische instrumenten die een rol kunnen spelen bij het bereiken van het doel en het uitvoeren van de beleidskeuzes van het ROP. Bij de juridische instrumenten wordt een onderscheid gemaakt in de Landsverordening Ruimtelijke Ontwikkeling, Landsverordeningen op het terrein van de fysieke leefomgeving en andere Landsverordeningen.

7.2.     Landsverordening Ruimtelijke Ontwikkeling (LRO)

ROPV

De Landsverordening Ruimtelijke Ontwikkeling voorziet naast het ROP ook in een ROPV. Het ROP is de basis van het ROPV. ROPV staat voor Ruimtelijke Ontwikkelings Plan met Voorschriften. De voorschriften zijn de juridische regels waaraan iedereen zich dient te houden. Niet alleen natuurlijke en rechtspersonen, maar ook de overheid. En zowel grondeigenaren, als degene die gronden in erfpacht of in huur hebben. Het ROPV kan worden ingezet om uitvoering te geven aan nagenoeg alle beleidskeuzes.

Het ROPV is beschreven in Hoofdstuk IV van de Landsverordening Ruimtelijke Ontwikkeling en bevat regels met betrekking tot de bestemming, de inrichting, de bebouwing en het gebruik van de in het ROP begrepen gronden. Het ROPV geeft per gebied aan wat waar gebouwd mag worden en aan welke bouwregels dan moet worden voldaan. Evenals hoe gronden en gebouwen mogen worden gebruikt, met andere woorden welke functies zijn toegestaan. De regels van het ROPV bieden ruimte voor ontwikkeling en beschermen aanwezige waarden en kwaliteiten. Het ROPV wordt gebaseerd op het ROP 2019.

Een bouwvergunning kan worden verleend als het bouwplan in overeenstemming is met het ROPV en de Bouw- en Woningverordening. Strijdige bouwaanvragen worden geweigerd. Het ROPV bepaalt dus juridisch mede wat er mag en niet mag. Hetzelfde geldt voor aanlegactiviteiten, dus activiteiten waar geen bouwvergunning voor nodig is maar die wel van invloed kunnen zijn op de aanwezige waarden en kwaliteiten en waarvoor een aanlegvergunning vereist kan worden. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan het ontginnen, afgraven, ophogen en egaliseren van de bodem of het aanleggen van wegen en andere terreinverhardingen.

Het ROPV wordt na een zorgvuldige openbare procedure met de mogelijkheid tot het indienen van zienswijzen bij Landsbesluit houdende algemene maatregelen vastgesteld. Ook de Raad voor de Ruimtelijke Ordening wordt gehoord.

Om inzicht te geven in mogelijke regels van het ROPV, zijn in bijlage 5 enkele voorbeelden van mogelijke regels opgenomen. Deze voorbeelden zijn indicatief, maar sluiten wel aan op de inhoud van het ROP.

Verkavelingsplan

Op basis van Hoofdstuk VII van de Landsverordening Ruimtelijke Ontwikkeling mag grond uitsluitend worden verkaveld overeenkomstig een door de minister goedgekeurd Verkavelingsplan indien het om drie of meer gebouwen gaat of een perceel in drie of meer percelen wordt opgesplitst. Een verkavelingsplan bestaat uit een of meer kaarten en een toelichting waarin een beschrijving van bijvoorbeeld de flora, fauna en de cultuurhistorische elementen in het gebied zijn opgenomen. Tevens wordt een beeld gegeven van onder andere de bebouwing, de wegen en de voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding. Het verkavelingsplan wordt vastgesteld door de minister. Aan de vaststelling gaat een openbare periode van terinzagelegging vooraf waarin belanghebbenden gedurende een maand over het ontwerp-verkavelingsplan wat ter inzage ligt zienswijzen kunnen indienen.

Een verkavelingsplan moet in overeenstemming zijn met het ROPV en mag het belang van de te conserveren flora en fauna en de natuur- en cultuurhistorische elementen in het gebied niet (in ernstige mate) schaden.

7.3. Regeling fysieke leefomgeving

Het ROPV is niet het enige juridische instrument dat ingezet kan worden om de doelen van het ROP te bereiken. Andere regelgeving is ook van toepassing. De in dit kader meest relevante verordeningen op het terrein van de fysieke leefomgeving van Aruba staan hieronder vermeld.

Hinderverordening

Op basis van de Hinderverordening kunnen hinder en overlast als gevolg van inrichtingen via een vergunningenstelsel worden voorkomen. Deze verordening kan bijvoorbeeld worden ingezet voor het voorkomen van mogelijke hinder in de nabijheid van woningen of andere hindergevoelige functies als gevolg van bedrijfsmatige activiteiten. Zie in dit kader bijvoorbeeld de relevante beleidskeuzes van 1.1 Woningbouw en 1.3 Economie.

In het Hinderbesluit zijn de inrichtingen opgenomen waarvoor een hindervergunning nodig is. Aan de vergunningen kunnen voorwaarden worden verbonden ter voorkoming van hinder en overlast.

Natuurbeschermingsverordening

Ook de Natuurbeschermingsverordening kan hier worden genoemd. Deze verordening is gericht op het beschermen van flora en fauna en van gebieden met natuurlijke en ecologische waarden. Zo bevat de verordening diverse verboden voor mogelijke verstorende activiteiten ten aanzien van soorten en kunnen natuurreservaten worden aangewezen. De minister kan ontheffing van de verboden verlenen. Ter uitvoering van de verordening zijn diverse landsbesluiten genomen ter bescherming van soorten en gebieden.

De Natuurbeschermingsverordening kan bijvoorbeeld worden ingezet om de relevante beleidskeuzes van 1.7 Natuur en landschap te bereiken.

De regels van de Natuurbeschermingsverordening staan naast die van het ROPV. Een activiteit moet voldoen aan beide juridische instrumenten.

Monumentenverordening

Deze verordening geeft bescherming aan monumenten. Op basis van de verordening kunnen monumenten worden aangewezen. Aangewezen monumenten worden via een vergunningensysteem beschermd tegen mogelijke activiteiten die afbreuk kunnen doen aan de kwaliteiten van die monumenten. Monumenten worden ingeschreven in het monumentenregister.

De Monumentenverordening kan bijvoorbeeld worden ingezet voor de relevante beleidskeuzes van 1.8 Monumenten en cultuurhistorie.

Monumenten kunnen ook worden beschermd via de regels van het ROPV. Indien hierin wordt voorzien, hebben de monumenten een dubbele bescherming.

Bouw- en woningverordening

De Bouw- en woningverordening stelt een aantal eisen aan het bouwen op eigendomsgrond of domeingrond. Ook wordt in deze verordening de bouwvergunning geregeld. Belangrijke bepaling is de regel dat een bouwplan op domeingrond in overeenstemming moet zijn met eventueel aanwezige erfpachtsvoorwaarden of andere gronduitgiftevoorwaarden. De Bouw- en woningverordening zal wat betreft de stedenbouwkundige bepalingen geen of een kleinere rol vervullen na de vaststelling van een ROPV. Het ROPV zal dan immers primair de ruimtelijke en functionele regels van het bouwen bevatten. Bij de vaststelling van het ROPV zal worden aangegeven welke regels van de Bouw- en woningverordening eventueel kunnen vervallen.

De Bouw- en woningverordening kan bijvoorbeeld worden ingezet met het oog op de veilige en leefbare woongebieden als genoemd in beleidskeuze 1.1 Woningbouw.

Onteigeningsverordening

Het kan zijn dat voor een goede uitvoering van het ROP door het land Aruba terreinen van derden nodig zijn. Het land zal dan in eerste instantie proberen deze terreinen in eigendom te verwerven via minnelijke weg. Indien dit niet mogelijk is en het land de terreinen nodig heeft in het publiek belang en te algemene nutte, dan kan het land overgaan tot het starten van de onteigeningsprocedure. De eventuele onteigening wordt uitgesproken door de rechter. De onteigening kan bijvoorbeeld worden ingezet in het kader van de woningbouw en de aanleg van infrastructurele voorzieningen.

7.4. Andere regelgeving

Ook op andere terreinen dan de fysieke leefomgeving kent Aruba Landsverordeningen die kunnen worden ingezet om de beleidskeuzes uit te voeren en de doelen te bereiken. Hierbij kan gedacht worden aan de Vestigingsverordening bedrijven, Vergunningsverordening (all-inclusive vergunningen), Vergunningsverordening hotel of logementsbedrijven, Visserijverordening en Landsverordening vrije zones.

7.5. Toezicht en handhaving

Op het moment dat na het verlenen van een vergunning of een ontheffing wordt geconstateerd dat de activiteit niet conform het daartoe genomen besluit wordt uitgevoerd, dient er in beginsel vanuit de overheid handhavend te worden opgetreden. Indien dit niet wordt gedaan, wordt de doelstelling van de regel niet gehaald. De regel is immers opgesteld met het oog op een concreet doel.

Handhaving kan achterwege blijven indien legalisatie van de activiteit mogelijk is. Om te weten te komen of er activiteiten in strijd met een vergunning of zonder vergunning plaatsvinden, is een goed toezicht vereist.

Vanuit de overheid zal aan de hand van verleende vergunningen of ontheffingen, klachten of inspecties structureel moeten worden bezien of de regels vanuit het ROPV of een van de Landverordeningen worden nageleefd. Deze activiteiten vallen onder het begrip Toezicht.

Toezicht en handhaving leveren een bijdrage aan de beleidskeuze 1.9 Uitvoering.

 

8. Schadevergoeding

8.1.     Landsverordening Ruimtelijke Ontwikkeling (LRO)

Het onderwerp schadevergoeding wordt geregeld in de Landsverordening Ruimtelijke Ontwikkeling. Artikel 30 bepaalt (voor zover van belang) dat indien, en voor zover blijkt, dat een belanghebbende ten gevolge van de voorschriften uit een ruimtelijk ontwikkelingsplan met voorschriften (ROPV) werkelijke schade lijdt of zal lijden, welke redelijkerwijze niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven en waarvan de vergoeding niet of niet voldoende door aankoop, onteigening of anderszins is verzekerd, het Land hem op zijn verzoek een naar billijkheid te bepalen tegemoetkoming in de schade toekent.

Uit deze bepaling kan worden afgeleid dat schadevergoeding op basis van de LRO niet aan de orde is bij de besluitvorming en de inwerkingtreding van het ROP. De LRO koppelt mogelijke schade niet aan dit beleidsinstrument, maar aan het juridisch instrument ROPV. Het ROPV is geregeld in artikel 9 LRO. De voorschriften van het ROPV geven, in samenhang met de bij de ROPV behorende plankaart, aan wat juridisch wel en niet is toegestaan. Het ROP 2019 kan dan ook worden vastgesteld zonder dat er sprake is van schadevergoeding als bedoeld in het LRO. Schadevergoeding komt aan de orde bij het ROPV.

In het kader van een zorgvuldige voorbereiding van het ROPV en met het oog op de betreffende inspraakreacties, zal er bij het opstellen van het ROPV een gerichte analyse worden gemaakt van de gevallen waarin er als gevolg van de bestemmingen en voorschriften mogelijk sprake is van daadwerkelijke schade. Bij het leggen van de bestemmingen en het opstellen van de voorschriften zal hiermee rekening worden gehouden.

Uitgangspunt daarbij is om, gelet op de belangen van grondeigenaren, zoveel mogelijk schade c.q. onevenredige schade te voorkomen. De mogelijke voorzienbare situaties worden getoetst aan de concrete omstandigheden, de beleidsbelangen en de meest actuele jurisprudentie op het gebied van schade. Daarbij zal gekeken worden naar de daadwerkelijke schade en in hoeverre een tegemoetkoming in deze schade moet worden gegeven. Het gaat dus om een trapsgewijze analyse. Hierbij zal een onderscheid worden gemaakt naar de terreinen welke in de gebieden met een natuurbestemming en andere gebieden liggen, waarbij er bepaalde beperkingen gelden ten aanzien van het gebruik van eigendommen.

Naast de belangen van de eigenaren of initiatiefnemers heeft het Land Aruba zelf ook een belang bij het voorkomen van schadevergoedingen. De vaststelling van het ROPV kan en mag niet leiden tot onbetaalbare hoge lasten voor het Land. De financiën hiervoor zijn niet aanwezig. In het kader van het opstellen van het ROPV zal dan ook worden bezien in hoeverre mogelijke schade voorkomen kan worden door bijvoorbeeld leggen van plangrenzen, de redactie van de voorschriften, aansluiting bij het ROP 2009, belastingmaatregelen en eventuele grondaankoop en door grondruil. Ook wordt onderzocht in hoeverre er gebruik kan worden gemaakt van mogelijke subsidies of financiële regelingen ter voorkoming of betaling van schadetoewijzingen. 

8.2. Aandachtspunten schade

Vooruitlopend op een analyse naar de schade in het kader van het ROPV kan in deze toelichting al wel het volgende worden opgemerkt. 

Normaal maatschappelijk risico

Niet alle beperkende voorschriften van een ROPV leiden automatisch tot een mogelijke schadevergoeding. Indien de schade als gevolg van een wijziging van het beleid en de vertaling daarvan in de voorschriften binnen het normale maatschappelijk risico valt, blijft de schade voor rekening van de aanvrager. Een ieder kan en mag verwachten dat er in een periode van tien jaar met verschillende regeringen beleidswijzigingen kunnen plaatsvinden.

Bestaande situaties

Het ROP 2019 houdt rekening met bestaande legale situaties. In het ROP 2019 is opgenomen dat deze mogen worden voortgezet. Het ROP 2019 is er niet op gericht om bestaande legale ontwikkelingen stop te zetten, waardoor er mogelijk schade ontstaat. Ditzelfde geldt voor gronden die in erfpacht ten behoeve van bepaalde functies en bouw- en gebruiksmogelijkheden zijn uitgegeven. Deze erfpachten kunnen en mogen op basis van het ROP 2019 worden uitgevoerd.

Ook wordt er rekening gehouden met valide juridische toezeggingen. Deze kunnen en mogen ook worden nagekomen. Het is dan wel aan de initiatiefnemer om aan te geven dat dergelijke toezeggingen aanwezig zijn.

Passieve risico aanvaarding

Het ROP 2019 sluit aan op het ROP 2009. In 2009 is er dus al beleid voor de periode tot 2019 gemaakt en het beleid werd voor een ieder ter inzage gelegd bij de Directie Infrastructuur en Planning. Voor partijen die al langere tijd over gronden beschikken en in de werkingstermijn van het ROP 2009 geen gebruik van eventuele ontwikkelmogelijkheden hebben gemaakt kan gesproken worden van passieve risicoaanvaarding. Zij hebben kunnen weten of vermoeden dat er op basis van het beleid regels gemaakt zouden worden die mogelijke ontwikkelingen niet zouden toestaan of zouden beperken. Door stil te blijven zitten, hebben zij hun mogelijke rechten laten verlopen. Dan is schadevergoeding niet meer aan de orde. Dit geldt temeer voor partijen die destijds al geen zienswijzen hebben ingediend tegen het concept ROP 2009.

Actieve risico aanvaarding

Voor partijen die in de afgelopen 10 jaren gronden hebben gekocht, geldt het beginsel van actieve risicoaanvaarding. Het moment van aankoop van een eigendomsgrond(en) speelt een belangrijke rol bij het aspect van actieve risicoaanvaarding. Tijdens de koop hebben kopers kunnen weten dat er regels van de overheid zouden kunnen komen die de gewenste ontwikkelingen zouden kunnen beperken, of geheel onmogelijk zouden kunnen maken. Zij hebben bewust risico genomen. Ook dan is er geen sprake van een schadevergoedingsplicht van de overheid. Potentiële kopers van een eigendomsperceel hebben een onderzoeksplicht. Daarnaast dient de actieve risicoaanvaarding gebaseerd te worden op de door de overheid openbaar gemaakte beleidsvoornemens (voorzienbaarheid).

9. Proces

9.1. Consulatie

Het ROP 2019 is mede tot stand gekomen op basis van gevoerde gesprekken met in- en externe partijen. Een overzicht hiervan is opgenomen in bijlage 1. Tijdens de gesprekken zijn de aanwezigen geïnformeerd over het instrument ROP en over de mogelijke inhoud daarvan. Tevens is aan gesprekspartners gevraagd om zoveel mogelijk informatie aan te leveren.

De resultaten van de gesprekken zijn belangrijke input geweest voor de doelen, de beleidskeuzes, de gebiedsbeschrijvingen en de programma’s van het ROP 2019.

Naast de gesprekken is er, zoals al in hoofdstuk 5 is weergegeven, ook een enquête gehouden onder de inwoners van Aruba. Dit is op een digitale wijze gebeurd. De relevante resultaten van deze enquête zijn tijdens twee bijeenkomsten getoond en besproken met diverse vertegenwoordigers van organisaties uit de verschillende woonkernen. De organisaties en personen waarmee gesproken is staan ook vermeld in bijlage 1. Een globaal overzicht van de resultaten van de enquête zijn opgenomen in bijlage 6.

Op 4 en 5 december 2018 zijn er algemene informatieavonden gehouden. De eerste avond vond plaats in Santa Cruz en de tweede in Paradera. Tijdens de avonden zijn de aanwezigen geïnformeerd over het instrument ROP, over het proces van totstandkoming en over de vaststellingsprocedure. Ook is, mede aan de hand van de gestelde vragen, ingegaan op de inhoud. De verslagen van de bijeenkomsten zijn opgenomen in bijlage 7.

 

 

10. Raad voor de Ruimtelijke Ontwikkeling

10.1. Algemeen

Artikel 2 lid 1 van de LRO bepaalt dat er een Raad voor de Ruimtelijke Ontwikkeling (hierna: de Raad) is. Artikel 2 lid 2 geeft aan dat de Raad op verzoek of uit eigen beweging advies geeft aan de minister over hoofdlijnen en beginselen die van algemeen belang zijn voor de ruimtelijke ontwikkeling, over het ruimtelijk ontwikkelingsbeleid en over de uitvoering van het ruimtelijk ontwikkelingsbeleid.

De huidige raad is in april 2019 benoemd. Ze bestaat uit leden die zijn voorgedragen door Asociacion di Ingeniero y Arquitectonan Arubano (ADIAA), Aruba Trade and Industry Association (ATIA), Aruba Hotel and Tourism Association (AHATA), Fundacion Parke Nacional Aruba (FPNA), Commissie bescherming inheemse flora en fauna, CBA (Centrale Bank van Aruba) en Aruba Birdlife Conservation (ABC). De leden zitten op persoonlijke titel in de Raad.

Op basis van artikel 6 van de Landsverordening Ruimtelijke Ontwikkeling is het concept van het ROP 2019 voor advies toegezonden aan de Raad voor de Ruimtelijke Ontwikkeling met het verzoek om binnen de wettelijke termijn van 2 maanden te reageren. De Raad heeft op 24 juni 2019 een advies uitgebracht. Dit advies, voor zover relevant voor het ROP, is opgenomen in de volgende paragraaf. In paragraaf 10.3 is weergegeven in welke mate en op welke wijze uitvoering is gegeven aan de adviezen van de Raad. De hieruit voorvloeiende wijzigingen van het concept van het ROP 2019 staan vermeld in paragraaf 10.4.

10.2. Advies

  1. De raad juicht toe dat de minister serieus werk heeft gemaakt van het vormgeven van ruimtelijke ontwikkelingsbeleid. Ze vindt het concept ROP 2019 echter een dusdanig algemeen karakter hebben dat de Raad geen duidelijk beeld krijgt van de voorgenomen richting. De Raad adviseert de minister duidelijker stelling te nemen. Het ROP moet immers steun bieden aan het verwezenlijken van gemeenschappelijke doelstellingen voor het land Aruba.
  2. Hoewel de Raad een maatschappelijk advies geeft, wil zij meegeven dat alleen het vaststellen van beleid niet voldoende is; de uitwerking daarvan dient gepaard te gaan met regulering en handhaving. De Raad noemt als voorbeeld de All-Terrain Vehicles (ATV’s), die overal op het eiland kunnen rondrijden met alle nadelige gevolgen van dien.
  3. Het ROP zou in directe relatie tot een nationaal ontwikkelingsplan moeten staan. Het zou ondersteunend en versterkend moeten werken.
  4. Natuur(behoud), duurzaamheid en de circulaire economie zouden als uitgangspunt genomen moeten worden, en niet alleen als aparte beleidskeuze.
  5. Het ROP gebruikt de SDG’s om uitvoering van het ROP te concretiseren. De Raad vraagt zich af of deze SDG’s de regulering en handhavingskwestie bevatten. Ze adviseert om subdoel 16.3 als uitgangspunt te nemen ter uitvoering van adequate, integrale regulering en handhaving.
  6. De programma’s dienen om de samenwerking tussen overheidsinstanties op grond van (nieuw) beleid te bevorderen en fragmentatie van beleid tegen te gaan. Dit sluit aan op SDG 16.7 om ‘ontvankelijke, inclusieve, participatieve en representatieve besluitvorming op alle niveaus te garanderen’. Het ROP dient om te zorgen dat de doeleinden die te maken hebben met regulering en handhaving, verwezenlijkt worden. Het advies van de Raad is niet alleen gericht aan degenen die bezig zijn met het ROPV. Het is bedoeld om anderen aan te moedigen om te participeren in de besluitvorming van toekomstige beleidsplannen.
  7. Het archeologisch en monumentaal cultureel erfgoed van Aruba wordt door het concept ROP 2019 onvoldoende beschermd. Dit terwijl er de afgelopen tijd veel verloren gegaan is. De enige wetten die nu beschikbaar zijn voor het beschermen van archeologische locaties zijn de Monumentenverordening en de LRO. Er wordt wel aangegeven dat waardevolle locaties beschermd worden. Echter, in de programma’s worden geen acties benoemd ten aanzien van de bescherming van het archeologisch en cultureel erfgoed. Verder dient de wetgeving ten aanzien van het archeologische en monumentale erfgoed zo spoedig mogelijk te worden geactualiseerd.
  8. De Raad adviseert om infrastructurele maatregelen te nemen die uitsluitend zijn gericht op schone energie. Verder adviseert de Raad beleid te implementeren voor het ontmantelen van de raffinaderij en het geven van een nieuwe bestemming aan dat terrein. Daarbij wordt specifiek wind- en/of zonne-energie genoemd.
  9. De Raad adviseert om de kennis van de NGO’s die betrokken zijn bij natuurbehoud te gebruiken en de zienswijzen zoveel mogelijk integraal te implementeren in het concept ROP 2019. De 16 gebieden waarvoor de Staten een motie ter bescherming hebben ingediend moeten blijvend een beschermde status krijgen. Voor het Marine Park moet bij nadere ontwikkelingen het voorzichtigheidsbeginsel in acht genomen worden. Natuurontwikkeling is geen doel op zich: het is verweven in alle aspecten die beslag leggen op de ruimte. De Raad beveelt aan om Natuurbehoud als volwaardig onderdeel van het ROP te beschouwen en niet als apart hoofdstuk.
  10. Onder het kopje Strandbeleid beschrijft de Raad de druk die het toerisme op het eiland heeft. Het gaat daarbij om het huisvesten van buitenlands personeel, de druk van cruisetoerisme, bebouwing op stranden en de vergunningen die aan recreatieondernemers zijn verleend. Er is een strandenbeleid, dat sinds 2015 van kracht is. Dit strandenbeleid moet herzien worden. De druk kan ertoe leiden dat het nodig is het eiland tijdelijk te ‘sluiten’ voor een grote schoonmaak, zoals de regering van de Filipijnen onlangs gedaan heeft met het eiland Borocay. De Raad noemt een aantal verbeterpunten.
  11. De economie van San Nicolas moet nieuw leven ingeblazen worden. Om afhankelijkheid van één economische drager te voorkomen, zou moeten worden gekozen voor diversificatie. Daarbij zou San Nicolas als unieke stad gepromoot kunnen worden, bijvoorbeeld door in te zetten op 100% schone energie. De overheid kan zelf ook een impuls geven door een aantal diensten te verplaatsen naar San Nicolas.
  12. Voordat gekozen wordt voor het realiseren van één of meerdere grote hotels moet worden gemotiveerd waarom dit de enige keuze is. Bij een vooraf uit te voeren haalbaarheidsonderzoek moet ook gekeken worden naar alternatieve economie-opties. Gezien de natuurwaarden moeten toeristische ontwikkelingen goed ingepast worden.
  13. De Raad geeft nog een aantal aanbevelingen voor de verbetering van San Nicolas. Het gaat daarbij onder andere om de aanpassing van de wegenstructuur, aandacht voor bestaande en nieuwe, duurzame woongebieden en het stimuleren van bedrijven om zich in San Nicolas te vestigen. Verder wordt aandacht gevraagd voor het opknappen van de monumenten in San Nicolas.
  14. Toeristen komen naar Aruba vanwege de combinatie van veiligheid, het weer, het eilandgevoel, de stranden en de toegankelijke zee en niet voor de massa. Om dit te behouden moet worden ingezet op kwaliteitsverbetering in plaats van op kwantiteitsverbetering. De Raad adviseert de minister om in het concept ROP 2019 een duidelijke keuze te maken voor de door Staten, ATA, DIP en de bevolking uitgesproken wens voor een moratorium en die keuze ook in beleid om te zetten en een en ander te handhaven.
  15. De Raad verwacht dat er onder het motto ‘van kwantiteit naar kwaliteit’ veel winst is te behalen in de infrastructuur. Voorbeelden zijn een transitie naar elektrisch rijden en het werken aan een efficiënt en effectief werkend openbaar vervoersnetwerk. De Raad adviseert om de hoofdwegen in Aruba te benoemen en deze een A-status te geven. De Raad adviseert toekomstgericht na te denken over voorzieningen die bij deze wegen horen. Verder adviseert de Raad het onderhoud van bestaande wegen prioriteit te geven.
  16. De Raad onderkent dat in het concept ROP 2019 punten genoemd worden die bijdragen aan de kwaliteit van de woonomgeving. Het ROP wordt aangegaan voor 10 jaar, terwijl het regeringsbeleid slechts voor 4 jaar geldt. Het is niet wenselijk om de vrijstelling in algemene zin te bieden.
  17. De Raad stelt vragen bij het beleid ten aanzien van woningbouw. Met name de vraag welke woningen in welke hoeveelheid er waar nodig zijn. Andere aandachtspunten die de Raad benoemt zijn de samenwerking tussen de overheid en de privésector en de kwaliteit van de woonomgeving. De Raad doet hierin een aantal voorstellen.
  18. De Raad merkt op dat de bouwhoogtes ten aanzien van woningen aangepast dienen te worden. Conform de huidige bouwverordening moet een plafond op 2,60 meter zitten terwijl er 3,60 meter nodig is in verband met een moderne opbouw en installaties. Het concept ROP 2019 houdt een standaard aan van 3,25 meter voor woningen. Dit zou moeten worden aangepast naar 3,75 meter. De bouwhoogtes voor commerciële gebouwen moeten worden aangepast naar 4,50 meter voor de 1e en/of 2e bouwlaag en daarna naar 3,75 meter per bouwlaag. De Raad doet verder een aantal gebiedsgerichte aanbevelingen voor de bouwhoogtes.
  19. De raad geeft een aantal specifieke voorstellen om woningbouw in Oranjestad, San Nicolas en in de woonkernen te stimuleren.
  20. Ontwikkelingen gaan snel en een ROP wordt voor 10 jaar vastgelegd. Daarom adviseert de Raad om iedere 2 jaar een grondige evaluatie te laten plaatsvinden en iedere 5 jaar een evaluatie met maatschappelijke dialoog.

10.3. Beantwoording

  1. Artikel 4 LRO geeft aan dat een ROP ’de hoofdlijnen van de voorgenomen ontwikkeling in Aruba, alsmede de hoofdzaken van het te voeren ruimtelijk beleid bevat’. Het ROP heeft dus een globaal en beleidsmatig karakter. Een ROP wordt geconcretiseerd in onder andere het ROPV. In het concept ROP 2019 zijn programma’s opgenomen. Daarmee wordt het ROP op thema’s geconcretiseerd.
  2. Deze stelling wordt onderschreven. Hieraan wordt in het concept ROP 2019 specifiek aandacht besteed, onder andere onder het beleid ‘Uitvoering’. Inmiddels is ook het opstellen van het ROPV gestart, dat meer handvatten voor regulering en handhaving zal bieden.
  3. Conform de LRO stelt de minister ‘een onderzoek in naar de bestaande toestand en naar de mogelijke en wenselijke ontwikkeling van Aruba’ en stelt de minister een ROP vast. Dit betekent dat de minister bij het vaststellen van het ROP met het oog op een goede ruimtelijke ontwikkeling een eigen standpunt inneemt. Het ROP is een ruimtelijk beleidsdocument en geen uitwerking van een nationaal ontwikkelingsplan. Wel zijn beleidsuitgangspunten overgenomen uit het regeerakkoord. Tevens kan een ROP input zijn voor een nationaal ontwikkelingsplan.
  4. Deze punten zijn essentiële onderdelen van het beleid. Deze zijn daarom specifiek benoemd in de algemene visie op het concept ROP 2019. Natuur(behoud), duurzaamheid en de circulaire economie lopen als een rode draad door het concept ROP 2019. Het te voeren beleid en de gemaakte keuzes zijn mede hierop afgestemd.
  5. Zoals hierboven aangegeven, wordt het belang van een goede toezicht en handhaving onderschreven. Mede daarom is SDG 16.3 genoemd in het concept ROP 2019. De toepassing van de SDG’s en het concretiseren van het beleid is overigens niet gedaan vanwege handhaving. Het heeft vooral ten doel een relatie te leggen en afstemming te zoeken met ander (sectoraal) beleid, en om het gevoerde beleid periodiek te toetsen en te monitoren. Dat is ook één van de beleidsdoelstellingen van het concept ROP 2019.
  6. Het concept ROP 2019 heeft inderdaad als doel om op een goede wijze samen te werken met partners. Dit is ook in de algemene visie opgenomen. Dit is ook één van de redenen dat de SDG’s opgenomen zijn in het concept ROP 2019. Deze helpen in het afstemmen van (sectoraal) beleid. Bij de uitvoering van het ROP 2019 zullen partners en andere partijen worden betrokken. Het is belangrijk dat het ROP 2019 en de uitvoering daarvan een zo groot mogelijk maatschappelijk draagvlak hebben.
  7. Het ROP is een beleidsdocument en biedt als zodanig geen direct juridisch bindend beschermingsregime. In het concept ROP 2019 is ‘monumenten en cultuurhistorie’ als apart beleidsthema benoemd. De bescherming vindt plaats met de juridische verankering in het ROPV. Daarmee kan worden voorzien in een adequaat beschermingsregime. Het actualiseren van wetgeving valt buiten de scope van een ROP.
  8. Dit advies sluit aan bij het beleid dat is opgenomen in het concept ROP 2019. Zoals gezegd, bevat het ROP beleid op hoofdlijnen. Wel is naar aanleiding van één van de zienswijzen het programma ‘energietransitie’ toegevoegd. In het kader van een dergelijk programma kan het advies van de Raad geconcretiseerd worden. Het concept ROP 2019 gaat niet expliciet in op de raffinaderij. De besluitvorming daaromtrent wordt gevolgd. Wel is in het beleid voor de economische gebieden opgenomen dat niet meer gebruikte bedrijventerreinen aangewend kunnen worden voor het opwekken van energie, zoals bijvoorbeeld de aanleg van zonneparken.
  9. Het aspect Natuurbehoud is in het gehele concept ROP 2019 verweven. Het wordt genoemd in de algemene visie, er is specifiek beleid op gevoerd en het komt terug in het gebiedsbeleid. Daarnaast zijn er programma’s benoemd om de doelstellingen ten aanzien van natuurbehoud en -ontwikkeling te concretiseren. Bovendien worden met het concept ROP 2019 de ecologische hoofdstructuur en het beleid Build with nature geïntroduceerd. Deze aspecten worden in het ROPV juridisch geborgd. Bij het opstellen van de ecologische hoofdstructuur is optimaal gebruikgemaakt van kennis die is aangedragen door onder andere de ABC en het FNPA. Bovendien zijn beide partijen vertegenwoordigd in de Raad. Dat benadrukt ook het belang dat aan een integrale natuurbenadering wordt gegeven. De 16+-gebieden zijn in het ROP benoemd en op de plankaart opgenomen; de bescherming zal plaats moeten vinden via de Natuurbeschermingsverordening en het ROPV. Dat is een separaat traject.
  10. Een groot aantal punten die de Raad benoemt valt onder het algemene beleid zoals in het concept ROP 2019 is opgenomen. Het gaat daarbij om het strategisch beleid ten aanzien van toerisme en ecologie, natuur en landschap en het gebiedsbeleid ten aanzien van Strand, Marine Park en overige kustwateren. De voorstellen zijn echter zodanig concreet dat deze buiten de scope van het ROP vallen. Wel zal naar aanleiding van deze reactie het concept ROP 2019 aangepast worden. Er wordt een programma ‘uitwerken strandenbeleid’ toegevoegd. De genoemde punten kunnen in dat programma meegenomen worden. Verder wordt aan het programma ‘Opstellen criteria voor vestiging van nieuwe hotels’ toegevoegd dat deze criteria ook opgesteld worden voor vergunningen voor nieuwe dagrecreatieve activiteiten.
  11. Deze visie wordt ondersteund door het beleid van het concept ROP 2019. Daarin wordt ingezet op zowel de diversifiëring van de economie als het doorontwikkelen van het unieke profiel van San Nicolas.
  12. Voor het gebied Sero Colorado is als beleid opgenomen dat een hotelontwikkeling mogelijk is uitsluitend indien sprake is van een weloverwogen en duurzame beslissing. Voor de ontwikkeling op Sero Colorado is in dat kader een haalbaarheidsonderzoek, een sociale impactstudie en een studie naar de impact op de omgeving uitgevoerd.
  13. Deze aanbevelingen worden ter kennisgeving aangenomen. Het zijn ontwikkelingen die buiten de scope van een ROP vallen omdat ze een concrete uitwerking bevatten. Het beleid dat is geformuleerd in het concept ROP 2019 ondersteunt deze ontwikkelingen echter wel.
  14. Het beleid zoals opgenomen in het concept ROP 2019 gaat uit van kwaliteit voor kwantiteit. Daarmee past het beleid binnen het advies van de Raad.
  15. Het concept ROP 2019 ondersteunt de visie van de Raad. Zo worden onder het thema ‘Verkeer en vervoer’ beleidsmatige uitspraken gedaan over de thema’s die de Raad aanhaalt. De concretisering daarvan is mogelijk binnen het concept ROP 2019. De inrichting en het beheer van de wegen valt buiten de scope van een ROP.
  16. Het ROP geldt inderdaad voor 10 jaar. Als een volgende regering wil afwijken van dat beleid, dan zal dat onderbouwd moeten worden. Hetzelfde geldt voor het toepassen van vrijstellingen en wijzigingsbevoegdheden van het ROPV. Een herziening van een ROP doorloopt dezelfde procedure als de vaststelling van een ROP. Dat betekent dat derden hierbij betrokken worden door in ieder geval de mogelijkheid tot het indienen van zienswijzen.
  17. In de programma’s zijn diverse acties ten aanzien van woningbouw opgenomen. Het gaat dan onder andere om het concretiseren van het woningbouwprogramma. Mede omdat de census opgestart wordt komen hiervoor actuele en betrouwbare cijfers beschikbaar. Verder zijn er programma’s opgenomen om leegstaande panden te inventariseren en niet-gebruikte huur- en erfpachtgronden terug te halen.
  18. Naar aanleiding van dit advies worden de bouwhoogten van het concept ROP 2019 aangepast, zodat gebouwen technisch goed uitgevoerd kunnen worden. De gebiedsspecifieke opmerkingen worden in het ROPV meegenomen.
  19. De voorstellen die de Raad gedaan heeft passen in het beleid dat met het concept ROP 2019 wordt beoogd.
  20. In het concept ROP 2019 is een tweejaarlijkse monitoring opgenomen waarvan de resultaten in het ROP en ROPV worden verwerkt. Voor de duidelijkheid kan hieraan worden toegevoegd dat een monitoring ook een maatschappelijke dialoog bevat. Een vijfjaarlijkse maatschappelijke dialoog is dan niet nodig.

10.4. Wijzigingen

Naar aanleiding van het advies van de Raad is het concept ROP 2019 op de volgende punten aangepast:

  • Het programma ‘uitwerken strandenbeleid’ wordt toegevoegd;
  • Aan het programma Opstellen criteria voor vestiging van nieuwe hotels’ wordt toegevoegd dat deze criteria ook opgesteld worden voor vergunningen voor nieuwe dagrecreatieve activiteiten.
  • De bouwhoogten worden herzien en aangepast. Enerzijds is de bouwhoogte per bouwlaag aangepast. Voor woonverdiepingen geldt een maximale hoogte van 3,75 meter. Voor commerciële functies geldt dat een hogere begane grondverdieping mogelijk is tot 4,5 meter. Verder zijn de maximale bouwhoogten gelijkgetrokken met die van het ROP 2019. Wel wordt plaatselijk wat extra hoogte mogelijk gemaakt om ruimte te bieden aan de beoogde intensivering van het stedelijk gebied. Daarbij geldt bij grotere bouwhoogten wel als voorwaarde dat deze stedenbouwkundig inpasbaar moeten zijn. Dit wordt in het ROPV nader uitgewerkt.

11. Zienswijzen

11.1. Algemeen

Het concept van het ROP 2019 heeft van 15 januari 2019 tot en met 15 februari 2019 voor een ieder ter inzage gelegen bij de Directie Infrastructuur en Planning (DIP). Tevens is het concept digitaal gepubliceerd via de websites www.aruba-ro.nl en www.dip.aw. Op deze wijze heeft iedereen kennis kunnen nemen van het concept. De terinzagelegging en publicatie vonden plaats op basis van artikel 6 van de Landsverordening Ruimtelijke Ontwikkeling.

Gedurende de terinzagelegging zijn er 116 zienswijzen ingediend. Bovendien zijn 7 verzoeken, die in de aanloop van het ROP ingediend waren, meegenomen. De samenvatting en de beantwoording hiervan is weergegeven in de Nota Zienswijzen ROP 2019. In deze nota is ook een lijst met ambtshalve wijzigingen op de plankaart opgenomen.

Deze nota is opgenomen in bijlage 10 van deze toelichting.

 

 

12. Vergelijk ROP 2009 en ROP 2019

Tot slot is het voor de duidelijkheid goed enkele belangrijke verschillen van het ROP 2019 ten opzichte van het ROP 2009 te benoemen.Dit zijn:

Instrument ROP

  • Hoewel uit het verslag mag blijken dat veel doelen uit het ROP 2009 nog steeds actueel zijn, is de visie herschreven. Meer dan in het ROP 2009 wordt in het ROP 2019 de nadruk gelegd op het aspect duurzaamheid.
  • In het ROP 2009 is de focus een sterke economische en maatschappelijke groei. Dat blijkt ook uit het ruimtelijk hoofddoel: “Het ontwikkelen van een goede ruimtelijk-functionele structuur die verwezenlijking van de maatschappelijke en economische doelen mogelijk maakt en het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit”. In het ROP 2019 staat, conform het regeringsprogramma: “het vinden van balans met het milieu, het beschermen van de waardevolle natuur en het realiseren van inrichting van kwalitatief hoge leefkwaliteit met de burger centraal”.
  • Met het oog op de visie en het regeringsprogramma is het in het ROP 2009 opgenomen ruimtelijk model aangevuld met een waardenbenadering. Vanuit het centrum van Oranjestad vindt richting de waardevolle natuurlijke en meer open gebieden een toenemende bescherming van de landschappelijke en ecologische waarden plaats (centrumgebied-stedelijk gebied-woongebied met waarden-landschappelijk gebied en natuurgebied/natuur en landschap).
  • Zoals in deze toelichting is aangegeven, wordt op Aruba momenteel hard gewerkt aan de implementatie van de SDG’s via de Roadmap. Het ROP 2019 sluit hierop aan. Via de programma’s van het ROP 2019 wordt mede uitvoering gegeven aan het bereiken van de in het kader van de SDG’s gestelde doelen. De SDG’s waren in 2009 nog niet bekend.
  • Het ROP 2019 bevat in tegenstelling tot het ROP 2009 een aantal concrete uitvoeringsacties. Deze acties zijn geformuleerd in Programma’s. Deze Programma’s sluiten aan bij de door Aruba gekozen SDG’s. De Programma’s concretiseren het ROP 2019, geven uitvoering aan de integrale benadering vanuit duurzaamheid en leveren concrete input voor het op te stellen ROPV.
  • Het ROP 2019 is opgesteld in de vorm van een website. Het ROP 2019 is hiermee voor een ieder te raadplegen. De teksten zijn met oog op de leesbaarheid zo kort mogelijk gehouden. Via de website is het ROP 2019 te lezen in het Nederlands, Engels en Papiaments.
  • Het ROP 2019 is opgesteld vanuit het uitgangspunt dat er binnen een half jaar een concept ROPV gereed is. Het ROPV wordt in 2020 ingevoerd. Dit betekent dat het ROP 2019 wat globaler kan zijn, omdat de uitwerking in juridische voorschriften op korte termijn plaatsvindt.

 

Natuur

  • Het in ROP 2009 opgenomen natuurgebied is gesplitst in twee gebieden: Natuurgebied en Natuur en Landschap. Onder Natuurgebied vallen de natuurgebieden die op basis van artikel 10 van de Natuurbeschermingsverordening zijn aangewezen, de 16 gebieden waarvoor een Motie voor de bescherming ervan door de Staten is aangenomen en enkele gebieden die op basis van hun natuurlijke en ecologische waarden voor aanwijzing in aanmerking komen en overige gebieden met bijzondere waarden.
  • Het ROP 2019 introduceert een nieuwe ecologische hoofdstructuur. Deze hoofdstructuur bevat alle waardevolle gebieden en elementen en is de basis voor de planvorming. Uitgangspunt is dat de in de ecologische hoofdstructuur opgenomen gebieden en elementen niet mogen worden aangetast, met andere woorden dat hier niet mag worden gebouwd. De hiervoor genoemde Natuurreservaten en de als Natuur en Landschap aangewezen gebieden maken onderdeel uit van de ecologische hoofdstructuur.

Woonkernen

  • In het ROP 2019 zijn alle woonkernen, met uitzondering van Oranjestad en San Nicolas, aangeduid als Woongebied met waarden. Deze aanduiding doet meer recht aan de gebieden, omdat de betreffende gebieden ook waardevolle terreinen en elementen van de ecologische hoofdstructuur bevatten. Daarom is ook Noord (ondanks het hoge inwoneraantal) in dit gebied opgenomen; binnen de structuur van Noord is een groot aantal landschappelijk en ecologisch waardevolle gebieden aanwezig. De in het ROP 2009 opgenomen reservegebieden voor uitbreiding van de kernen zijn vanwege de woningbouwopgave en de bestaande situatie binnen deze gebieden gebracht. Dit geldt ook voor de in het ROP 2009 opgenomen groengebieden. Deze gebieden zijn aangeduid als ‘overgangsgebied’. Binnen deze gebieden zijn, in tegenstelling tot het huidige beleid, wel verkavelingen toegestaan. Hierbij moet echter wel rekening gehouden worden met bufferfunctie die in deze gebieden beoogd is. Voordat een plan uitgewerkt kan worden, dient de DIP de randvoorwaarden aan te geven. In de voormalige groengebieden zijn ook gebieden met ecologische waarden. Deze laatste maken nu onderdeel uit van de ecologische hoofdstructuur. Ter bescherming van deze structuur zijn in de ecologische hoofdstructuur geen ontwikkelingen mogelijk..
  • Voor alle woonkernen wordt uitgegaan van het uitgangspunt ‘Building with Nature’. Dat houdt in dat bij het verkavelen en het bouwen rekening moet worden gehouden met de aanwezige waarden en kwaliteiten en dat de verkavelingen voorzien in een voldoende hoeveelheid groen.

Landelijk gebied

  • Het landelijk gebied is grotendeels gelijk gebleven aan dat van het ROP 2009. Alleen twee kleine gebieden in het noorden zijn onder Woongebied met waarden gebracht, omdat deze gebieden al grotendeels bebouwd zijn. In het landelijk gebied kan duurzame landbouw plaatsvinden.
  • De functies in het landelijk gebied zijn beperkt tot extensief wonen en agrarisch. Hiermee wordt de bufferfunctie tussen de natuur- en de woongebieden behouden. In uitzonderljke gevallen zijn ook andere functies toegestaan, die bijdragen aan de waarden van het landeljk gebied.

Oranjestad en San Nicolas

  • Oranjestad en San Nicolas zijn in het ROP 2019 beide aangeduid als Stedelijk Gebied. Dit betekent niet dat deze plaatsen gelijk zijn en voor beide een gelijke ontwikkeling wordt voorzien. Voor Oranjestad zet het ROP 2019 in op een stedelijke ontwikkeling als hoofdstad. Voor San Nicolas wordt aangekoerst op een ontwikkeling tot culturele en creatieve stad.
  • Het ROP 2019 ondersteunt de gerichte aanpak van de centra van beide plaatsen via de projecten die via de Area Steering Committees opgepakt worden. Deze waren in 2009 nog niet actief.

Wonen

  • Nog meer dan in het ROP 2009 wordt ingezet op inbreiding. Inbreiding gaat voor uitbreiding. Voor het realiseren van de woningbouwopgave dient eerst te worden gekeken naar de stedelijke gebieden en vervolgens naar het Woongebied met waarden. De oplossing binnen het stedelijk gebied ligt met name in de aanpak van leegstaande terreinen en gebouwen, of zoals in Oranjestad in nieuw te ontwikkelen terreinen langs de Watty Vos Boulevard en het Havenfront. De Programma’s bevatten hiervoor de nodige acties.
  • Vanwege de woningbehoefte en de beschikbare ruimte gaat het ROP 2019 nog meer uit van een intensivering van de woningbouw door de bouw van appartementen in meerdere bouwlagen. Hiermee wordt aangesloten bij de wens van meer passende woonruimte voor ouderen, jongeren en eenpersoons huishoudens. Ook wordt ingezet op andere manieren van bouwen met het oog op duurzaamheid en het terugdringen van de bouwkosten.

Herstructurering

  • In het ROP 2019 wordt het huidige Freezoneterrein en de ten noorden daarvan gelegen terreinen in Oranjestad concreet aangewezen als te herstructureren gebied. Aansluitend aan het Havenfront kan hier een stedelijke ontwikkeling plaatsvinden in aansluiting op het Havenfront. Door middel van herstructurering kunnen gronden vrijkomen voor de bouw van woningen. Het ROP 2009 kende geen aanwijzing tot herstructureringsgebied.

Havenfront Oranjestad

  • Het ROP 2019 maakt melding van en sluit aan bij de ontwikkelingen van het Havenfront. Deze ontwikkelingen waren in 2009 nog niet bekend.

Toerisme

  • Het ROP 2019 bevat ten opzichte van het ROP 2009 een aangescherpt beleid ten aanzien van nieuwe grote hotels en condominia. Ingezet wordt op het inkaderen van bestaande toezeggingen. Nieuwe hotels en condominia zijn alleen toegestaan in het 5-sterren segment, mits deze een bijdrage leveren aan het toeristisch product en de economie van Aruba. Binnen het stedelijk gebied en het woongebied zijn kleine verblijfsrecreatieve eenheden in de vorm van appartementen toegestaan.
  • De recreatieve ontwikkeling ten oosten van San Nicolas is verkleind ten opzichte van het ROP 2009. Het ROP 2019 voorziet alleen in de mogelijkheid om ten noorden van Baby Beach een grootschalig hotel en bij Rodgers Beach twee kleinere, op het duiken en niet motorische watersport gerichte, accommodaties te realiseren.

Economie

  • Het ROP 2019 speelt in op het actuele beleid ten aanzien van de economische Promising Sectors. Dit beleid was er in 2009 nog niet.

Bouwlagen

  • Het ROP 2019 herziet op onderdelen de toegestane bouwlagen zoals opgenomen in het ROP 2009. In principe zijn de bouwlagen vanuit het ROP 2009 overgenomen en op bepaalde plekken verhoogd. Wel moet de grotere bouwhoogte stedenbouwkundig inpasbaar zijn. Verder is vanuit stedenbouwkundig oogpunt het aantal bouwlagen in historische delen van Oranjestad en San Nicolas teruggebracht. Naast bouwlagen is de bouwhoogte van een bouwlaag gedefinieerd. Verder worden de maximale bouwhoogten per gebied genoemd.

Bijlagen


Bijlage 1: Geconsulteerde partners

Interne partners

  • Dienst Infrastructuur en planning (DIP)
  • Dienst Openbare Werken (DOW)
  • Directie Natuur en milieu (DNM)
  • Dienst Landmeetkunde en Vastgoedregistratie (DLV)
  • Dienst Economische zaken, Handel en Industrie (Dehzi)
  • Directie Landbouw, Veeteelt en Visserij en Markthallen/Santa Rosa
  • Directie Scheepvaart Aruba
  • Ministerie Algemene Zaken, Integriteit, Overheidszorg, Innovatie en Energie
  • Ministerie Financiën, Economische Zaken en Cultuur
  • Ministerie Toerisme, Volksgezondheid en Sport

Externe partners

  • Area Steering Committee / Task Force San Nicolas and Task Force Oranjestad
  • Aruba Airport Authority (AAA)
  • Aruba Tourist Authority (ATA)
  • Aruba Ports Authority (APA)
  • Aruba Trade and Industry Association (ATIA)
  • Aruba Hotel & Tourism Association (AHATA)
  • Association of Aruban Engineers and Architects (ADIAA)
  • Centro pa Desaroyo Aruba (Cede)
  • Centrale Bank van Aruba
  • Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)
  • Fundacion Cas Pa Comunidad Arubano (FCCA)
  • Fundashon Parke Nacional Aruba (FPNA)
  • Kamer van Koophandel en Nijverheid Aruba
  • Monumentenfonds Aruba
  • Monumentenbureau Aruba
  • SDG Commissie Aruba
  • Stichting Algemene Bejaardenzorg Aruba (SABA)
  • UNESCO Aruba
  • Universiteit van Aruba
  • Water- en energiebedrijf Aruba (WEB)

 

NGO’s

  • ACP
  • Aruba Bird life conservation (ABC)
  • Aruba Certification program
  • Rainbow Warriors Aruba
  • ScubbleBubbles
  • Salba Seroe Cristal
  • Turtugaruba
  • Kiwanis Club of Palm Beach
  • Salba Malmok
  • Fundacion Preserva Malmok
  • OPPA
  • Semper Hoben 60+
  • Stichting Rancho
  • Nobis
  • Sport Youth Foundation
  • BuurtCouncel pariba di brug
  • Centro bario Savaneta
  • Grupo pegasaya
  • Curazon di Savaneta

Bijlage 2: Gebruikte bronnen

Overheidsbeleid

Regeringsbeleid

  • ‘Hunto pa Aruba’, Regeerprogramma Kabinet Wever-Croes, November 2017

Ministerie van Ruimtelijke Ontwikkeling, Infrastructuur en Milieu

  • Ruimtelijk ontwikkelingsplan 2009
  • Roadmap of the Ministry of Spatial Development,Infrastructure and Environment, 2018 – 2021
  • Beleidsvoornemens ministerie ruimtelijke ontwikkeling, infrastructuur en milieu 2018
  • Beleidsvoornemens ruimtelijke ontwikkeling, infrastructuur en milieu 2019 (concept)

Dienst Infrastructuur en planning (DIP)

  • Planologische en stedenbouwkundige richtlijn 2012

Directie Natuur en Milieu (DNM)

  • Natuur- en Milieubeleidsnota 2018-2021

Ministerie van Financiën Economische zaken en cultuur

  • Promising sectors 2017-2021
  • Vestigingsbeleid 2017

Onderzoeksrapporten

  • Sustainable Travel International (2018), Study on Tourism Carrying Capacity for the island of Aruba
  • ATA (2018), Memo Accommodatie Ontwikkeling
  • Acorn Tourism Consulting Limited (2018), Aruba Niche Product Development
  • ATA (2017), Cu Mira pa futuro
  • Witteveen+Bos Raadgevende ingenieurs B.V. (2017), Palm Beach Aruba Sludge investigation
  • Centrale Bank van Aruba (2017), Annual Statistical Digest 2016
  • Centrale Bank van Aruba (2018), Monthly Bulletin May 2018
  • Centrale Bank van Aruba (2018), State of the economy, first quarter of 2018
  • CBS Aruba (2018): Aruba, 50 jaar sociaal-demografische ontwikkelingen
  • CBS Aruba (2016): Spatial Developments in the Aruban Landscape: A multidisciplinary GIS-oriented approach
  • CBS Aruba (2014), Population Projections Aruba 2010-2030 The 2014 Revision
  • CBS Aruba (2010), Fifth Population and Housing Census Aruba
  • CBS Aruba (2018), Quarterly Demographic Bulletin 1 st Quarter 2018
  • Foundation Aruba Birdlife Conservation (ABC, 2018), Input Foundation Aruba Birdlife Conservation renewed National Spatial Plan (R.O.P. and R.O.P.V.) for the conservation of Aruba’s endangered wildlife
  • Kamer van Koophandel en Nijverheid Aruba (2017), Developing the commercial playground for Aruba
  • Wolfs Company (2018), The Economics of Ecosystems and Biodiversity, Aruba
  • Wolfs Company (2018), The Value Natural Capital for the Tourism Industry of Aruba
  • Wolfs Company (2017), Cultural Ecosystem Service (CES) for Local Community in Aruba
  • Best (2018), Regional Ecosystem Profile Caribbean
  • University of Pennsylvania (2011), Urban Design Visions for Aruba: Oranjestad
  • University of Pennsylvania (2011), Urban Design Visions for Aruba: San Nicolas
  • Bongers (2018), De kolibrie op de rots
  • H. Croes (2007), The Impact of Tourism on the Economy and Population of Small Islands: The Case of Aruba
  • APA (2018), Urban Plan Port City Oranjestad
  • FNPA (2018 , 2019), Vision on the cROP 2019 – Our Nature, Our Future

Bijlage 3: Verslag

1.1 Algemeen

Artikel 8 van de Landsverordening Ruimtelijke Ontwikkeling geeft aan dat een herziening van het ROP vergezeld gaat van een verslag waarin aangegeven wordt in welke mate het beleid van het geldende ROP is verwezenlijkt en op welke onderwerpen en waarom het gewenst is het ROP te herzien.

Hoewel het onderhavige ROP formeel geen herziening is – het betreft hier een vernieuwd ROP vanwege het verlopen van de 10 jaren termijn – is het gewenst in deze toelichting een kort verslag op te nemen. Hiermee wordt concreet aangegeven waarom het maken van een vernieuwd ROP gewenst is en welke onderwerpen in ieder geval in het ROP 2019 aan de orde moeten komen.

Het verslag vormt tezamen met de rest van de toelichting de basis en onderbouwing van het ROP 2019. Hiermee wordt voldaan aan de eis van de Landsverordening Ruimtelijke Ontwikkeling dat de Toelichting de aan het ROP ten grondslag liggende gedachten en onderzoeken moet bevatten.

1.2 10 jaar

In het algemeen kan worden gesteld dat het na 10 jaren gewenst is het beleid te actualiseren. De Landsverordening Ruimtelijke Ontwikkeling bevat ook de termijn van 10 jaren. De maatschappelijke, economische en ecologische vraagstukken van nu zijn anders dan die van 10 jaren terug. Elke tijdsperiode brengt zijn eigen nieuwe vragen, ontwikkelingen en initiatieven met zich mee. Uit tijds- en beleidsoogpunt is een vernieuwd ROP gewenst.

1.3 Doelen ROP 2009

Het ROP van 2009 bevat een aantal doelen. Dit zijn:

  • Planvisie: het realiseren van een integrale duurzame en evenwichtige (her)ontwikkeling van Aruba;
  • Economisch: een evenwichtige economische groei met handhaving van minimaal het huidige welvaartsniveau;
  • Maatschappelijk: het bereiken van een adequaat voorzieningenniveau afgestemd op het welzijn en de behoefte van de samenleving;
  • Ruimtelijk: het ontwikkelen van een goede ruimtelijk-functionele structuur die verwezenlijking van de maatschappelijke en economische doelen mogelijk maakt en het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit.

Het is niet concreet te beoordelen of deze ruim geformuleerde doelen zijn gehaald. In zijn algemeenheid kan wel worden gesteld dat het ROP een bijdrage heeft geleverd aan de (her)ontwikkeling van Aruba en het bereiken van de gestelde doelen. Het ROP heeft kaders gegeven aan de hand waarvan ambtelijk en bestuurlijk is gewerkt. Nieuwe ruimtelijke en functionele ontwikkelingen en initiatieven werden in het kader van de bouwvergunningverlening getoetst aan het ROP. Bovendien zijn er op basis van het ROP richtlijnen voor bouw- en gebruiksactiviteiten gemaakt en heeft het ROP zijn doorwerking gekregen in het gronduitgiftebeleid. Het ROP heeft dus zeker een rol vervuld.

Dit laat echter onverlet dat er geconstateerd moet worden dat er besluiten zijn genomen in afwijking van het ROP. Deze bevinden zich met name op het raakvlak tussen economie en natuur.

Een reden waarom op onderdelen de doelen niet geheel of gedeeltelijk zijn gehaald en is afgeweken van het ROP heeft te maken met de aard van het instrument ROP. Het alleen vaststellen van een ROP leidt niet automatisch tot veranderingen. Het ROP geeft enkel de gewenste ontwikkelingsrichting aan. Deze richting moet vervolgens worden uitgewerkt en ingevuld. Dit vergt nieuwe en andere acties en besluiten. Op het moment dat deze acties niet of deels worden ondernomen, worden de doelen van het ROP niet bereikt. Het ROP is niet meer dan een kader waaraan beleidsmatig wordt getoetst. Het ROP betreft toelatingsplanologie. Om daadwerkelijk de doelen te bereiken, is meer nodig. Dat is de reden waarom het ROP 2019 voorziet in programma’s waarin aangegeven wordt welke maatregelen er met het oog op de doelen van het ROP of de inrichting van een gebied worden genomen.

Ten slotte kan ten aanzien van de doelen van het ROP 2009 nog worden opgemerkt dat deze nagenoeg allemaal nog gelden. In bijlage 2 van deze toelichting is een vergelijking opgenomen met de doelen van het ROP 2009 en van die van het nieuwe ROP. Het ROP 2019 zet dan ook niet in op een heel andere koers.

1.4 Concrete aanleidingen voor een vernieuwd ROP

De afgelopen jaren heeft zich een aantal ontwikkelingen voorgedaan waardoor het gewenst is een vernieuwd ROP vast te stellen. Hieronder zijn deze in willekeurige volgorde benoemd. Elk onderwerp sluit af met een aanbeveling richting het ROP 2019. De teksten en keuzes in het ROP zijn mede op basis hiervan tot stand gekomen. De wijze waarop in het ROP 2019 is omgegaan met de aanbeveling, is in het blok onder de aanleiding weergegeven door middel van een verwijzing naar de relevante beleidskeuzes, gebieden en programma’s.

1.4.1 Indeling woongebieden

In het ROP 2009 is een indeling gemaakt in stedelijke zones, hoofdstedelijke zones, woonkernen, landelijk gebied en uitbreiding reserve woonkernen. Deze indeling is na 10 jaren niet overal meer herkenbaar. Alle gebieden worden gekenmerkt door woonbebouwing waarvan de bebouwingsdichtheid kan verschillen. Feitelijk betreft het hier één groot gebied met aan elkaar gegroeide kernen met daarbinnen groengebieden, rooien en landschappelijk waardevolle elementen, zoals de rotsen en cultuurhistorisch waardevolle plaatsen.

Het onderhavige ROP moet antwoord geven op de vraag of het beleidsmatig gewenst is de woongebieden op te blijven splitsen in de genoemde deelgebieden. Tevens moet worden aangegeven op welke wijze bij een andere indeling de waardevolle elementen in het gebied, zoals de dammen, rooien, rotsen en groengebieden, worden beschermd. Het ROP 2019 geeft hier invulling aan.

 

Beleidskeuzes:

  • 1.1 Woningbouw
  • 1.6 Duurzaamheid
  • 1.7 Ecologie, natuur en Landschap
  • 1.8 Monumenten en cultuurhistorie

Gebieden:

  • 1.6 Woongebied met waarden
  • 1.7 Landelijk gebied

Programma:

  • 1.1 Woningbouw
  • 1.4 Duurzaamheid

1.4.2 Bouwhoogten

In het ROP 2009 is een bouwhoogtekaart opgenomen. Deze gaat uit van een aantal bouwlagen met of zonder kap. Deze kaart heeft tot meerdere discussies geleid. Bijvoorbeeld over de vraag wat onder een bouwlaag wordt verstaan en of het toegestane aantal bouwlagen nog overeenkomt met de huidige inzichten en ontwikkelingen. Bij dit laatste kan worden gedacht aan de wens van inbreiding boven uitbreiding en de ontwikkeling op de woningmarkt waar door de vergrijzing en de nieuwe woonbehoeften een grotere vraag naar appartementen ontstaat (zie ook hieronder bij woningbouw). Bovendien kan hiermee invulling gegeven worden aan het beleid inbreiding voor uitbreiding. Het ROP 2019 geeft hier invulling aan.

Beleidskeuzes:

  • 1.1 Woningbouw
  • 1.6 Duurzaamheid

Gebieden:

  • Alle

Programma:

  • 1.1 Woningbouw

1.4.3 Oranjestad en San Nicolas

Het ROP 2009 gaat uit van een indeling met Oranjestad als hoofdkern en San Nicolas en Noord als kernen van de 2e orde. Deze indeling vraagt om aandacht. Noord is de afgelopen jaren verder ontwikkeld als woongebied met commerciële en verblijfs- en toeristische voorzieningen vanwege de ligging nabij de hotelzone, maar ook met belangrijke groene waarden. Noord heeft ruimtelijk en functioneel een ander karakter dan Oranjestand en San Nicolas; deze gebieden hebben een meer stedelijk karakter.

San Nicolas heeft een meer onderscheidend karakter. Beleidsmatig is het ook de wens om deze kern verder te versterken, haar een eigen karakter te geven (cultural and heritage capital of Aruba) en hier meer economische activiteiten te stimuleren. In het ROP 2019 zal bezien moeten worden of San Nicolas daarom een aparte status krijgt, terwijl Noord onderdeel wordt van de woongebieden rondom Oranjestad.

De infrastructuur in de centra van Oranjestad en San Nicolas is de afgelopen jaren vernieuwd. Er was tevens sprake van verdere of herinrichting van de openbare ruimte. De focus lag sterk op Oranjestad vanwege het direct toeristisch belang. Voor San Nicolas lag het accent meer in het vernieuwen van enkele panden en activiteiten/gebruik van gebouwen in het licht van San Nicolas als Cultural and Heritage City. De openbare ruimte is over het algemeen van een goed kwalitatief niveau. Het is belangrijk dat dit zo blijft. Voor beide gebieden gelden in principe nog steeds de doelen uit 2009: stimuleren meervoudig ruimtegebruik, woonfunctie versterken, beschermen van monumenten en hergebruik van leegstaande panden. De gebieden dienen een hoogwaardig woon-, werk- en leefmilieu te hebben, waarin het plezierig is om te verblijven. De centra kunnen ruimte bieden aan vernieuwende en kennisintensieve bedrijven. In San Nicolas kan worden ingespeeld op ontwikkelingen rondom de raffinaderij en de eventuele komst van een ferry van en naar o.a. Curaçao.

Voor beide gebieden zijn nieuwe projectgroepen aangesteld. Het ROP 2019 moet de activiteiten van deze groepen ondersteunen. Overwogen kan worden om de gebieden expliciet in het ROP 2019 te benoemen.

Beleidskeuzes:

  • 1.1 Woningbouw
  • 1.2 Toerisme
  • 1.6 Duurzaamheid
  • 1.8 Monumenten en cultuurhistorie

Gebieden:

  • 1.5 Stedelijk woongebied (Oranjestad en San Nicolas)
  • 1.8 Centrum Oranjestad
  • 1.10 Centrumgebied San Nicolas

Programma’s:

1.4.4 Herontwikkeling haventerrein Oranjestad.

De verplaatsing van de containerhaven is een belangrijke ontwikkeling in Oranjestad. De vrijkomende locatie biedt ruimte aan woningen, hotels en commerciële voorzieningen in combinatie met een hoogwaardige openbare ruimte. Ten behoeve van deze locatie zijn een masterplan en een stedenbouwkundige verkaveling opgesteld. Het ROP 2019 moet ingaan op de nieuwe ontwikkeling van het haventerrein. Vanwege het grote belang van deze ontwikkeling, is het gewenst het haventerrein als afzonderlijk gebied in het ROP op te nemen.

Beleidskeuzes:

  • 1.1 Woningbouw
  • 1.2 Toerisme
  • 1.6 Duurzaamheid

Gebieden:

  • 1.9 Havenfront Oranjestad

Programma:

1.4.5 Watty Vos Boulevard Oranjestad (Ringweg III)

De Watty Vos Boulevard brengt een grote verlichting in de verkeersproblematiek in het centrum van Oranjestad met zich mee. De boulevard maakt het voor het doorgaande verkeer mogelijk om buiten het centrum om te rijden. Daarnaast biedt de boulevard mogelijkheden voor nieuwe economische ontwikkelingen en woningbouw langs deze weg.

Het ROP 2019 moet afgestemd zijn op deze nieuwe doorgaande verbinding en de hieruit voortvloeiende gewenste ruimtelijke en functionele ontwikkelingen mogelijk maken.

Beleidskeuze:

  • 1.3 Economie

Gebied:

  • 1.5 Stedelijk woongebied (Oranjestad)

Programma:

1.4.6 Natuurgebieden

Bij Landsbesluit zullen op basis van de aanwezige waarden en kwaliteiten 16 nieuwe gebieden worden aangewezen als natuurreservaat, zowel terrestrisch als marien. Het ROP 2019 moet deze gebieden bevatten en bescherming bieden tegen ongewenste ontwikkelingen. Ook moet rekening worden gehouden met het ingestelde Marine Park.

Beleidskeuze:

  • 1.7 Ecologie, natuur en Landschap

Gebied:

  • 1.2 Natuurreservaat
  • 1.14 Marine Park

1.4.7 Samenstelling bevolking

In het ROP 2009 is aangegeven dat de leeftijdsgroep 65+ in 2005 8,3% van de bevolking uitmaakt. Uit nieuwe cijfers van het CBS blijkt dat de vergrijzing verder doorzet. De verwachting is dat in 2030 20% van de bevolking ouder is dan 65 jaar. Dit heeft onder andere gevolg voor de woningmarkt, de economie, het aantal voorzieningen en de kosten van de gezondheidszorg.

Het ROP 2019 dient hierop in te spelen door ruimte te bieden aan nieuwe vormen voor wonen voor ouderen, het realiseren van sociaal/maatschappelijke en zorgvoorzieningen in de woongebieden en het ruimte bieden aan economische ontwikkelingen.

Beleidskeuzes:

  • 1.1 Woningbouw
  • 1.3 Economie
  • 1.4 Zorg en welzijn

Gebieden:

  • 1.5 Stedelijk woongebied
  • 1.6 Woongebied met waarden
  • 1.8 Centrum Oranjestad
  • 1.9 Centrumgebied San Nicolas

Programma:

  • 1.1 Woningbouw

1.4.8 Windpark

In 2009 is het windpark bij Vader Piet in bedrijf genomen. De afgelopen jaren was er een plan voor het realiseren van een tweede park bij Urirama. Dit plan vindt geen doorgang. Er is nog steeds behoefte aan een uitbreiding van energieopwekking door wind. Het ROP 2019 moet hierop ingaan.

Beleidskeuze:

  • 1.6 Duurzaamheid

Gebied:

  • 1.3 Ecologie, natuur en landschap

Programma:

  • 1.4 Duurzaamheid

1.4.9 Zonneparken

Er is een toenemende behoefte aan het plaatsen van zonneparken. Deze hebben invloed op de ruimtelijke kwaliteit van een gebied. In het ROP 2009 werd niet ingegaan op dit vraagstuk. Het  ROP 2019 dient dit wel te doen. Het ROP 2019 dient in te gaan op deze vorm van duurzame energie.

Beleidskeuze:

  • 1.6 Duurzaamheid

Gebieden:

  • Nader te bepalen

Programma:

  • 1.4 Duurzaamheid

1.4.10 Woningbouw

De beoogde woningbouw is afgelopen jaren niet gehaald. En dit terwijl de vraag naar woningen is toegenomen. Het ROP 2019 moet de bouw van het gewenste aantal woningen mogelijk maken. Hierbij gaat het niet alleen om het aantal woningen, maar ook om de soort woning. Dus om bijvoorbeeld woningen voor ouderen, jongeren, alleenstaande moeders en mensen met lagere inkomens.

Beleidskeuze:

  • 1.1 Woningbouw

Gebied:

  • 1.5 Stedelijk woongebied (Oranjestad en San Nicolas)
  • 1.6 Woongebied met waarden
  • 1.7 Landelijk gebied
  • 1.8 Centrum Oranjestad
  • 1.9 Havenfront Oranjestad
  • 1.10 Centrumgebied San Nicolas

Programma:

  • 1.1 Woningbouw

1.4.11 Eigen identiteit

Bij de verdere ruimtelijke en functionele ontwikkeling speelt ingevolge de maatschappelijke ontwikkelingen en het regeerakkoord de eigen identiteit van Aruba een rol. Hetzelfde geldt voor de eigen waarden en kwaliteiten. Aruba c.q. de Arubaan/ de mens moet centraal staan. Het ROP 2019 moet een koers bevatten die aansluit bij deze identiteit. Tevens dient deze identiteit benoemd te worden.

Beleidskeuzes:

  • 1.4 Zorg, welzijn en sport
  • 1.8 Monumenten en cultuurhistorie

Gebieden:

  • Alle

Programma:

1.4.12 Herstructurering

In Oranjestad bevindt zich aan de westzijde het gebied Bushiri. Dit is een gemengd gebied (bedrijven, winkels, wonen, dienstverlening). Bushiri heeft een strategische positie: het ligt tussen Oranjestad en de hotelzone en direct tegen het Havengebied (Port City) dat de komende jaren een transformatie zal ondergaan. Dit maakt Bushiri een goede locatie om, met het oog op een zorgvuldig ruimtegebruik en ruimtelijke kwaliteit, een significant deel van de woningbouwbehoefte op te vangen. Dit kan door inbreiding of herstructurering. Er is dus een ruimtelijke relatie tussen Bushiri en Port City, waarbij in Bushiri de nadruk op de lokale bevolking ligt. Hierbij kan ook worden gedacht aan een hergebruik van gebouwen. Het ROP 2019 dient dit gebied te benoemen en aan te geven welke koers voor deze gebieden kan worden gevolgd.

Beleidskeuzes:

  • 1.1 Woningbouw
  • 1.3 Economie
  • 1.6 Duurzaamheid

Gebied:

  • 1.13 Transformatiegebied

Programma:

  • 1.5 Herstructurering

1.4.13 Vestiging supermarkten en bedrijfjes in en bij woonomgeving

De afgelopen jaren hebben zich meerdere supermarkten en bedrijfjes gevestigd langs doorgaande wegen en in of rondom woongebieden. Met name dit laatste leidt tot hinder voor de bewoners (parkeren, geluid, verkeer). Bovendien leidt het tot een uitholling van de bestaande bedrijventerreinen en winkelgebieden. Het ROP 2019 dient aan te geven hoe hiermee wordt omgegaan. Het in 2019 gehanteerde uitgangspunt van bundeling en concentratie kan hierbij worden aangehouden. In de woongebieden dient een voorzieningsniveau gerealiseerd te worden dat voldoet aan de behoeften en positief bijdraagt aan de leefbaarheid in het gebied.

Beleidskeuze:

  • 1.3 Economie

Gebieden:

  • Alle, met uitzondering van Natuurreservaten, Natuur en Landschap en stranden

Programma:

  • 1.3 Economie

1.4.14 Versterking primaire sector

De afgelopen jaren hebben zich meerdere supermarkten en bedrijfjes gevestigd langs doorgaande wegen en in of rondom woongebieden. Met name dit laatste leidt tot hinder voor de bewoners (parkeren, geluid, verkeer). Bovendien leidt het tot een uitholling van de bestaande bedrijventerreinen en winkelgebieden. Het ROP 2019 dient aan te geven hoe hiermee wordt omgegaan. Het in 2019 gehanteerde uitgangspunt van bundeling en concentratie kan hierbij worden aangehouden. In de woongebieden dient een voorzieningsniveau gerealiseerd te worden dat voldoet aan de behoeften en positief bijdraagt aan de leefbaarheid in het gebied.

Beleidskeuze:

  • 1.3 Economie

Gebieden:

  • 1.3 Natuur en landschap
  • 1.6 Woongebied met waarden
  • 1.7 Landelijk gebied
  • 1.12 Economisch gebied

Programma:

  • 1.3 Economie

1.4.15 Omgevingsveiligheid

In het ROP 2009 wordt geen aandacht geschonken aan het aspect externe veiligheid. Dat wil zeggen de veiligheid rondom bijvoorbeeld schietterreinen, vuurwerkopslag en bepaalde soorten industrie. Met het oog op een veilige en gezonde leefomgeving is het van belang dat het ROP 2019 hieraan aandacht besteed.

Beleidskeuzes:

  • 1.2 Woningbouw
  • 1.3 Economie
  • 1.5 Verkeer en vervoer
  • 1.6 Duurzaamheid

Gebieden:

  • Alle

Programma:

1.4.16 Hoofdinfrastructuur

Het tracé van de nieuwe hoofdroute naar San Nicolas staat niet goed op de plankaart van het ROP 2009.

Zie plankaart

1.5 Algemene ontwikkelingen

Naast de hiervoor genoemde concrete onderwerpen, kunnen ook algemene internationale vraagstukken als energie, klimaat en zeespiegelstijging worden genoemd. Deze vraagstukken deden zich in 2009 niet, of in een andere mate voor. Deze onderwerpen bepalen echter mede de ruimtelijke en functionele inrichting van Aruba. Het is goed deze nu expliciet onderdeel te laten zijn van het ROP. Zeker nu Aruba zich richt op de duurzaamheidsdoelen van de VN. Het ROP 2019 moet rekening houden met deze vraagstukken en doelen.

Beleidskeuze:

  • 1.6 Duurzaamheid

Gebieden:

  • Alle

Programma:

  • 1.4 Duurzaamheid

1.6 Toeristische ontwikkeling

Op Aruba vindt een discussie plaats over de wijze waarop de toeristische sector zich kan ontwikkelen. Met name het aantal nog te realiseren hotelkamers staat hierbij centraal. Het ROP 2019 zal duidelijkheid moeten bieden over welke koers ten aanzien van de hotelsector gevolgd wordt, zowel kwantitatief als kwalitatief.

Beleidskeuzes:

  • 1.2 Toerisme

Gebieden:

  • 1.5 Stedelijk woongebied (Oranjestad en San Nicolas)
  • 1.6 Woongebied met waarden
  • 1.8 Centrum Oranjestad
  • 1.9 Havenfront Oranjestad
  • 1.10 Centrumgebied San Nicolas
  • 1.11 Toeristische zone

Programma:

  • 1.2 Toerisme

1.7 Onderzoeken en informatie

De in de toelichting genoemde onderzoeken en informatie bevatten gegevens die logischerwijs nieuw zijn ten opzichte van 2009. Daar waar de onderzoeken leiden tot nieuwe inzichten, dienen deze betrokken te worden bij de in het ROP 2019 te maken keuzes.


Bijlage 4: Relevante SDG's


Bijlage 5: Vergelijking doelen ROP 2009 en ROP 2019

Bijlage 6: Ecologische hoofdstructuur

Bijlage 7: Resultaten digitale enquête

Bijlage 8: Verslagen informatieavonden

Bijlage 9: Voorbeelden van voorschriften

Bijlage 10: Nota Zienswijzen ROP 2019

Bijlage 11: Landsbesluit